4e afd.
2d juni 1984
66
-83-
hruik van grond en opstallen wordt beperkt, zonder dat deze beperking
door dringende redenen is gerechtvaardigd.1
c. Aan lid 4 mag geen toepassing worden gegeven, indien verlening van de
daar bedoelde vrijstelling in feite wijziging van de bij het bestemmingsplan
aan de betrokken grond gegeven bestemming zou betekenen. Van een der-
gelijk geval is onder meer sprake bij een van de bestemming afwijkend ge-
bruik, dat een zodanige verandering van de grond met zich zal brengen dat
deze grond niet meer overeenkomstig de daaraan gegeven bestemming zal
kunnen worden gebruikt.2
d. De vrijstelling kan aan een termijn worden gebonden.'
ARTIKEL 359
De tiH>liclitinf> op het ontstaan wordt vervangen door:
Toelichting op het ontstaan
Dit artikel vloeit voort uit het bepaalde in artikel 6, lid 3, ondera, van de Wo-
ningwet.
De grondgedachte van lid 2 is dat de beschikbare oppervlakte aan slaapruimte
de maatstaf vormt voor het toelaatbare aantal bewoners. Daarom wordt bij de
berekening een gedeelte van de grootste kamer, van welk gedeelte wordt aan-
genomen dat dit als woonruimte moet dienen, buiten beschouwing gelaten.
AKTIKEL 366 a
De wenken voorde toepassinp worden als volgt gewijzigd:
ARTIKEL 366 a
Wenken voorde toepassinp
Ud IDoor het aanbrengen van een afzuigkap kan de ongewenste situatie ont-
staan dat bij uitgeschakelde motor nauwelijks ventilatie op natuurlijke wijze
kan plaatsvinden. In ruimten waar afvoerloze gastoestellen zijn geplaatst, kan
hierdoor zelfs een gevaarlijke situatie ontstaan, tenzij tussen afzuigkap en ven-
tilaliekanaal een zgn. venlilatiewisselklep VEWI-klep) is aangebracht.
I Zie hij voorbeeld hel KB 1974-03-01, Slh. 62, Bouwrecht 1974, hlz. 534. mel noot J. Wessel. Zie
KB 1977-06-10. blz. 744.
Zie ook Vz. Ald. K.spr. 1977-05-20, Rouwrecht 1977, hlz. 742.
2. ZieAfd. K.spr. 1982-01-12, AB 1982, nr. 363.
3. Gem. Steun 1983, nr. 6743, hlz. 337, met naschrift mr. M. Kan; AR 1982, nr. 243, met noot Crince
le Koy.