4e afd.
28 juni 1S84
69
8.3 Het alsdan resterende gedeelte van de bankgarantie ad f 500.000,-- zal
worden verminderd tot f 250.000,-- indien en zodra, ten gevolge van de
Gemeente, de eerste opievering als bedoeld in artikel 1.7 zal hebben
plaatsgevonden.
8.4 Het alsdan resterende gedeeite van de bankgarantie ad f 250.000,-- zal
eerst komen te vervallen indien het College van B en W zai hebben vast-
gesteld dat de exploitant geheel aan alle verplichtingen uit hoofde
van deze overeenkomst zal hebben voldaan.
Daarover dient de Gemeente zich uiterlijk twee maanden nadat de exploi-
tant zal hebben medegedeeld geheel aan de verplichtingen te hebben vol-
daan, uit te spreken.
Artikel 9 Beëindiging van de overeenkomst/wanprestatie.
9.1 Deze overeenkomst eindigt op normale wijze wanneer de exploitant en
de Gemeente hun uit deze overeenkomst voortvloeiende verplichtingen
zijn nagekomen.
9.2 Indien de exploitant surséance van betaling dan wel zijn faillissement
aanvraagt, failliet wordt verklaard, of één der partijen in gebreke
blijft in de nakoming van één of meer van zijn uit deze overeenkomst
of uit de wet voortvloeiende verplichtingen, wordt hij geacht weiger-
achtig of nalatig te zijn.
Hij, die geacht wordt weigerachtig of nalatig te zijn, is gehouden om
aan de wederpartij alle schade, door de laatste geleden of alsnog te
lijden, te vergoeden, onverminderd de gehoudenheid tot nakoming van
verplichtingen welke tot beëindiging van de overeenkomst bestaan of
zullen ontstaan, tot welke beëindiging de wederpartij zonder dat rech-
terlijke tussenkomst zal zijn vereist kan overgaan nadat de wederpar-
tij, met inaclitneming van een naar omstandigheden redelijke termijn, in
gebreke is gesteld, zulks onverminderd het recht ontbinding en schade-
vergoeding dan wel nakoming en schadevergoeding, al of niet op straffe
van een dwangsom, te vorderen.
In alle gevailen, waarin de wederpartij een sommatie, ingebrekestelling
of ander exploit doet uitbrengen of in geval van noodzakelijke procedu-
res, is de weigerachtige of nalatige partij verplicht alle daarvoor ge-
maakte kosten, ook van rechtskundige bijstand, zowel in als buiten
rechte aan de wederpartij te vergoeden.
-13-
