103
2. Burgemeester en wethouders stellen de rnodellen van de in het
eerste lid bedoeide bescheiden vast.
Artikel 6
Betaling.
1. Voor de gevallen waarin het marktgeld per dag wordt geheven,
is het verschuldigd zodra een standplaats wordt ingenomen.
2. De gelden, genoemd in artikel 4, tweede lid moeten bij vooruit-
betaling worden voldaan.
Artikel 7 Inning.
Met de inning van marktgelden is belast de daarvoor door burge-
meester en wethouders aangestelde marktmeester.
Artikel 8
Ontheffing.
Indien een abonnementhouder door overmacht geen gebruik kan maken
van zijn standplaats, wordt door burgemeester en wethouders ont-
heffing van het betaalde marktgeld verleend over het aantal volle
kalendermaanden, waarin van de standplaats geen gebruik is ge-
maakt.
Machtiging tot overdracht bevoegdheden.
Artikel 10
Burgemeester en wethouders kunnen één of meer gemeente-ambtenaren
aanwijzen die in hun plaats treden met betrekking tot de uitvoe-
ring van enige wettelijke bepalingen betreffende de heffing en in-
vordering van het marktgeld.
Artikel 11 Nakoming van verplichtingen.
De verplichtingen als bedoeld in de artikelen 47 en 50 van de Al-
gemene wet inzake rijksbelastingen jegens burgemeester en wethou-
ders gelden mede jegens de ambtenaren der gemeentelijke belastingen.
Artikel 12 Slotbepalingen.
1. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening markt-
gelden 1984".
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag
van de maand volgende op die waarin de koninklijke goedkeuring
ter kennis van het college van burgemeester en wethouders is ge-
bracht.
e^mstede, 27 september 1984.
'äad voornoemd,
De
4e afd.
27 september 1984
