103
lang van een verantwoorde administratie is het wel noodzakelijk, dat
de marktbeheerder van elke verhindering tot marktbezoek zo tijdig moge-
lijk op de hoogte wordt gesteld.
Ad artikel 24:
Het moet zonder meer duidelijk worden geacht, dat het in het algemeen
in het belang van de orde op de markt de standplaatshouders niet kan
worden toegestaan de markt op willekeurig vöör de sluitingstijd gele-
gen momenten te verlaten.
Ad artikel 26:
Oit artikel geeft algemene aanwijzingen aan de marktkooplieden ten
aanzien van de wijze van bezetting van de standplaats, van de ver-
kooptijden, van de verkoopruimte, van de opstal waarvan verkocht mag
worden, van de te verkopen artikelen en van de plaats, waar de koop-
man zich tijdens de markttijden behoort te bevinden.
Voor wat dit laatste punt betreft zou b.v. aan standwerkersdie er
in het algemeen een geheel eigen wijze van verkopen op na houden en
die ook speciaal daarvoor aangewezen plaatsen op het marktterrein
bezetten, kunnen worden toegestaan hun waren, staande vöör de markt-
kraam, aan het publiek aan te bieden.
Ad artikel 27:
Het behoeft geen betoog, dat het voor het aanzien van de warenmark-
ten dringend noodzakelijk is, dat de kooplieden er zorg voor dragen,
dat de terreinen tijdens de markttijd schoon worden gehouden en dat
zij na de markttijd schoon worden opgeleverd.
Aangezien de kosten van het schoonmaken van de marktterreinen van
grote invloed zijn op de hoogte van de marktgeldtarieven is hier-
mede ook het eigen belang van de kooplieden in hoge mate gediend.
Ad artikel 29:
Het toelaten tot warenmarkten van kooplieden, die hun waren ter
plaatse voor de consumptie gereedmaken, impliceert, dat men hen toe-
- 29 -
4e afd.
27 september 1984