4e afd. 25 oktober 1984 120 9E WIJZIGING ALGEMENE PLAATSELIJKE VERORDENING Heemstede, 9 oktober 1984. Aan de raad, In uw vergadering van 26 januari 1984 heeft u de Algemene Plaatse- lijke Verordening (A.P.V.) zodanig gewijzigd dat het de eigenaar, houder of verzorger van een hond verboden is deze hond het gebied te laten betreden, c.g. deze in het gebied te laten verblijven, dat is gelegen ten zuiden van de Sparrenlaan en de Bosbeeklaan, uitge- zonderd het parkeerterrein ten zuiden van het verversingshuis Tegen deze wijziging zijn verschi1lende bezwaren ingediend. Vooral mensen uit de Glip voelen zich door het verbod gedupeerd. Aan de ingekomen bezwaren kan (gedeeltelijk) worden tegemoetgekomen door in het bos een route uit te zetten, waarlangs met een aangelijn- de hond gelopen mag worden en waardoor het noordelijke deel van het bos bereikt kan worden. Voor de aanwijzing van een dergelijke route is een wijziging van de A.P.V. noodzakelijk. Ingevolge de A.P.V. vöôr de wijziging van januari 1984 konden paar- den uit het bos worden geweerd. Op basis van de huidige A.P.V. is dit niet meer mogelijk. Bij de wijziging is het niet de bedoeling geweest dit verbod te laten vervallen. Het lijkt ons derhalve gewenst alsnog een voorschrift in de A.P.V. op te nemen, waarbij wordt be- paald dat paarden in het bos alleen zijn toegestaan op de openbare wegen. Gedeputeerde Staten hebben bij de bericht van ontvangst een opmerking gemaakt ten aanzien van de in januari 1984 vastgestelde wijziging van de A.P.V. Naar de mening van Gedeputeerde Staten heeft u uw verorde- nende bevoegdheid gedeeltelijk overschreden. Het tweede lid van artikel 103, alsmede de tweede zin van het derde lid, zijn volgens genoemd college in strijd met artikel 14 van de Wet op de Dierenbe- scherming. Dit geldt evenzeer met betrekking tot de gelijkluidende - 1 -

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1984 | | pagina 49