2e afd. 25 oktober 1984
3. inbendelen van brandslangen, per koppeling
4. beschikbaar stelien van brandslangen, met inbegrip van
het gebruik van twee storzkoppelingen, per slang en per
etmaal
5. halen of brengen van brandslangen, per keer
6. kontroleren van slangenhaspels, per haspel
C. Brandblusapparaten
Voor het:
1. beschikbaar stellen van brandblusapparaten, per apparaat
en per etmaal
na gebruik te verhogen met de onder C 4 genoemde kosten
voor het vullen;
2. ter piaatse kontroieren (eenvoudige kontrole) van brand-
biusapparaten:
a. voor het eerste apparaat
b. voor elk volgend apparaat
3. in de kazerne kontroleren (grote kontrole) van brand-
blusapparaten, uitgezonderd C02-apparaten, per apparaat
4. vuilen van brandblusapparaten, uitgezonderd C02-appara-
ten, per apparaat
5. halen of brengen van brandbiusapparaten, per keer
6. bevestigen van brandblusapparaten, per apparaat
7. afpersen droge blusleidingen, per leiding
8. houden van rookproef t.b.v. rookgasafvoerkanalen,
per kanaal
114
9,45
f 18,95
f 26,25
f 6,70
9,45
f 9,45
f 7,80
f 18,95
9,45
f 26,25
f 14,40
180,50
83,55
D. Persluchtapparaten
Voor het:
1. beschikbaar stellen van een persluchtapparaat, per appa-
raat, per etmaal
na gebruik te verhogen met de onder D 2 en 3 genoemde
kosten voor het vullen, reinigen en testen;
9,45
-3-
