150 - een bijdrage voor het opheffen van bouwtechnische gebreken is al- leen mogelijk indien deze gebreken de woning zelf betreffen. - het vernieuwen van de schoorsteen is als afzonderlijk onderdeel opgenomen. Voorheen was een bijdrage slechts mogelijk indien zulks plaatsvond gelijktijdig met het herstellen van een kapkonstruktie. Prioriteitstelling Gelet op de omvang van het provinciale fonds, dat met name 1n 1985 vanwege de overgangsproblematiek van de WSDV (niet alle in 1984 inge- diende deklaraties kunnen door het rijk gehonoreerd worden en komen derhalve voor een deel ten laste van het budget voor 1985) beperkt zal zijn, vrezen wij dat de bijdrage die rechtstreeks ter beschikking wordt gesteld, lager zal zijn dan de omvang van de middelen die tot op heden jaarlijks toegekend zijn voor de verbetering van door eige- naren bewoonde woningen. Dat deze vrees niet ongegrond is, 1s voorts gebleken uit ingewonnen inlichtingen bij het subsidieverlenend orgaan, de provincie. Dit betekent dat bij het honoreren van aanvragen, waarbij de tot 1 januari 1985 geldende bedragen gehanteerd worden, het budget in de loop van het jaar uitgeput zal zijn en aanvragen afgewezen dienen te worden. Een deel vari de burgers die een afwijzing hebben ontvangen, zal wel- licht op grond van enigerlei planning van de te treffen voorzleningen toch overgaan tot uitvoering daarvan, waardoor ook in een volgend jaar geen steun verkregen kan worden. De overigen zulien hun aanvragen naar alle waarschijnlijkheid 1n het volgende jaar opnieuw 1nuie.it... bit leidt er uiteindelijk toe, dat de ter beschikking gestelde middelen elk jaar eerder uitgeput zullen zijn. Nog afgezien van de hieraan verbonden problemen stellen wij ons op het standpunt dat een dergelijke gang van zaken uit een oogpunt van recht- vaardigheid niet gewenst is. Voorts biedt een systeem van "op is op" geen mogeiijkheden om prioriteiten te stellen ten aanzien van de meest wenselijk geachte verbeteringen. -10- 4e afd. 20 december 1984

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1984 | | pagina 34