4e afd. 20 december 1984 150
b. niet later dan 10 jaar voor het tijdstip van indiening van de
aanvrage om een voorziening, voor deze voorziening reeds gelde-
lijke steun van overheidswege is verstrekt.
c. de netto-oppervlakten van alle ruimten in de woning waar-
aan voorzieningen worden getroffen, na voltooiing van de voorzie-
ningen gezamenlijk ten hoogste 125 m2 bedraagt, waarbij onder
netto-oppervlakte hetzelfde wordt verstaan als in de norm NEN 2320,
zoals in 1962 uitgegeven en in 1975 aangevuld door het Nederlands
Normalisatie-instituut;
d. de woning, indien van ingrijpende verbetering sprake is, na het
treffen van voorzieningen, in haar geheel beschouwd zal voldoen
aan de eisen van bewoonbaarheid die redelijkerwijs aan een woning
moeten worden gesteld;
e. de kosten van de voorzieningen niet meer bedragen dan f 90.000,—
per kalenderjaar.
2. Indien meer dan de helft van de werkzaamheden, verbonden aan het tref-
fen van de voorzieningenwordt verricht door de eigenaar-bewoner,
anders dan in de uitoefening van zijn bedrijf, al dan niet met hulp
van anderen, zonder dat bij de hulp sprake 1s van uitoefening van een
bedrijf, wordt het in het eerste lid onder e. genoemde bedrag met 50%
verminderd.
3. De vermiridering, bedoeld in het tweede lid, vindt slechts plaats, in-
dien van de kosten van het geheel van de werkzaamheden, berekend alsof
geen van de werkzaamheden overeenkomstig het in dat lid bepaalde wordt
verricht door de eigenaar-bewoner, meer dan de helft moet worden toege-
rekend aan de werkzaamheden d1e worden verricht door de eigenaar-bewo-
ner.
4. In bijzondere gevallen kunnen burgemeester en wethouders afwijking
toestaan van het bepaalde in het eerste lid.
Artikel 13
1. De bijdrage ineens wordt toegekend onder de voorwaarde dat:
a. binnen drie maanden na de toekenning met het treffen van de voorzie-
ningen een aanvang wordt gemaakt;
b. de voorzieningen zijn getroffen binnen twee jaren na de toeken-
ning;
-16-