4e afd. 20 december 1984 150
b. drie of meer voorzieningen ter verhoging van het woongerief of ter
opheffing van bouwtechnische gebreken, als vermeld in het eerste
lid, onder a tot en met i, waaronder ten minste êën als vermeld
onder i, worden getroffen,
kan een extra bijdrage ineens worden toegekend gelijk aan tien ten
honderd van de som van de voor de getroffen voorzieningen geldende
bijdragen-ineens, met inachtneming van, indien van toepassing, de
in het derde lid aangegeven beperking bij de optelling van de bij-
dragen-ineens.
3. De bijdrage-ineens voor het treffen van de voorziening, bedoeld in
het eerste lid, onder h, wordt slechts toegekend, indien de voorzie-
ning tegelijk met tenminste drie andere in het eerst.e lid, onder a
tot en met g, genoemde voorzieningen wordt aangevraagd.
4. Ingeval van zelfwerkzaamheid, vindt verlaging plaats van de maximale
normbedragen overeenkomstig het bepaalde in artikel 12, leden 2 en
3.
5. In daarvoor naar het oordeel van burgemeester en wethouders in aan-
merking komende bijzondere gevallen kan de bijdrage-ineensbedoeld
in het eerste lid, op een hoger bedrag worden bepaald dan voortvloeit
uit de toepassing van dit artikel.
Artikel 17
1. Indien een of meer voorzieningen ter verbetering van gemeenschappe-
lijke zaken worden getroffen ten behoeve van twee of meer door de
eigenaren te bewonen woningen, kan daarvoor een bijdrage-ineens wor-
den toegekend.
2. üe bijdrage-ineensbedoeld in het eerste lid, wordt slechts toege-
kend indien tenminste de helft of meer van de woningen ten behoeve
waarvan de voorzieningen worden getroffen, na het treffen van de
voorzieningen in haar geheel beschouwd, doch tenminste ten aanzien
van haar bouwtechnische staat, zal voldoen aan de eisen van bewoon-
baarheid die redelijkerwijs aan een woning moeten worden gesteld.
3. De bijdrage-ineens is gelijk aan een bedrag van 50% van de kosten
van de voorzieningen, doch ten hoogste 1.000,-- per woning ten
behoeve waarvan de voorzieningen worden getroffen.
4. Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen afwijken
van het bepaalde in de leden 2 en 3.
-21-