207
van de kontinue begeleiding. Het is haar niet duidelijk te maken dat
schoolpsychoiogisch onderzoek niet bij de kontinue begeleiding hoort.
Hoe kan men brugklaskinderen begeleiden ais men niet weet wat er heerst
onder de kinderen. Er was daarover ook grote verwarring in de commissie.
Zij ziet niet dat de kontinue begeleiding niet op de tocht staat als
het schoolpsychologisch onderzoek wegvalt.
Inzake de begeleiding in de hogere klassen van de mavo-scholen zegt
spreekster dat in de 2e klas mavo er een grote instroom is van leerlin-
gen van het havo en het vwo. Deze leerlingen zijn vaak gefrustreerd om-
dat er naar hun gevoel een terugzetting is van een hoger type onderwijs
naar een lager type onderwijs. Dat geeft veel moeite; als men 60 leer-
lingen heeft in de 2e klas, dan is een derde deel instroom-leerlingen
die ongelooflijk veel problemen met zich mee brengen. Verder vangen deze
mavo's ook veel probleemkinderen op, de spijbelaars.
Zo langzamerhand moet men een komputer aanschaffen om de spijbelaars op
te sporen. Tot nu toe heeft de raad het nut van de begeleiding nooit in
twijfel getrokken. In de afgelopen jaren is in het kader van de herover-
weging meermalen aan de orde geweest of met de bekostiging van deze be-
geleiding moet worden doorgegaan. De raad heeft hier nadrukkeiijk ja op
gezegd; deze voorziening was te belangrijk om er in te gaan snijden.
Naar de mening van spreeksters fraktie kan het enkele feit van de ophef-
fing van de openbare Bronsteemavo hierin geen verandering brengen.
Wanneer dan nu toch wordt voorgesteld de voorziening af te bouwen, laadt
de gemeente sterk de verdenking op zich niet langer met subsidiëring
door te willen gaan omdat er alleen nog bijzondere mavo's zijn overge-
bleven. De C.D.A.-fraktie neemt hiertegen zeer nadrukkelijk stelling.
Zij is van mening dat het voorstel niet mag worden gevolgd en doet een
dringend beroep op het college het voorstel in te trekken-en eventueel
vraagt zij de V.V.D.-fraktie en de P.H.-fraktie het voorstel niet te
accepteren. Wat het amendement betreft merkt zij op dat het totaal niet
gebruikelijk is bij het nederlands voortgezet onderwijs om met subsidies
te werken en in de tweede plaats meent zij dat als in de commissie wordt
gezegd "ze moeten maar met hun billen bloot", dat dan riekt naar onbe-
hoorlijk bestuur.
Mevrouw Snoep meent dat men het onderhavige voorstel moet zien als
een bezuinigingsvoorstelHet nut van het schoolpsychologisch onderzoek
wil zij hierbij niet aan de orde stellen als zodanig. Zoals mevrouw
IJsselmuiden ook al heeft gezegd is al in 1979 en 1981 het schoolpsycho-
logisch onderzoek als een mogelijke bezuinigingspost aangewezen.
Men moet wel in de gaten houden dat als er verder bezuinigd wordt, dat
wel eens op onaangename plaatsen kan plaatsvinden.
Bij de aanbiedingsnota voorjaar 1985 is op lijst B geplaatst het onder-
zoek naar de afbouw. Dat onderzoek is nu geschied en heeft ertoe geleid
dat dit voorstel wordt gedaan, waar de V.V.D.-fraktie mee instemt.
Het enige onduidelijke in het geheel is de positie van het schoolpsycho-
logisch onderzoek en spreekster wil dat toespitsen op het schoolpsycho-
logisch onderzoek in de brugklas. Aan de ene kant wordt gezegd dat aan
de kontinue begeleiding niet wordt getornd. Aan de andere kant is toch
de bedoeling dat het schoolpsychologisch onderzoek in de brugklas wordt
afgeschaft. Het lijkt haar dat de positie van het schoolpsychologisch
onderzoek ten opzichte van de kontinue begeleiding in dit geheel wat
onduidelijk is en daar zou zij graag nog wat naders van de wethouder
over wi1len horen.
26 september 1985