4e afd. 31 oktober 1985
VASTSTELLING VERORDENING EX ART. 9, EERSTE LID, VAN DE
WINKELSLUITINGSWET 1976
99
Heemstede, 25 september 1985.
Aan de raad,
Bij de wet van 21 april 1984 tot wijziging van de Winkelsluitingswet 1976
(Stb. 367), in werking getreden op 28 april 1984, is het mogelijk gemaakt
dat gemeenteraden voor 14 dagen per kalenderjaar vrijstelling verlenen van
de verboden welke zijn vervat fn de artikelen 2, eerste lid, onder b en c,
7 en 8 van de Winkelsluitingswet 1976. Deze verboden betreffen in hoofdzaak
respektievelijk:
- het geopend hebben van een winkel buiten de aangegeven openingstijden en
op algemeen erkende feestdagen etc.
- het in de uitoefening van markt- en straathandel verkopen etc. van goede-
ren op zondagen, algemeen erkende feestdagen etc.;
- het in de uitoefening van een bedrijf, anders dan in een winkel of in de
uitoefening van markt- en straathandel verkopen etc. van goederen op zon-
dagen, algemeen erkende feestdagen etc.
De bedoelde vrijstelling kan worden verleend voor ten hoogste vier dagen
per jaar, zijnde een zondag, Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag,
tweede Pinksterdag, eerste Kerstdag, tweede Kerstdag of de dag waarop de
verjaardag van de Koning gevierd wordt.
Deze mogelijkheid komt naast de bestaande mogelijkheid om voor ten hoogste
tien werkdagen per jaar vrijstelling te verlenen. Een besluit met betrek-
king tot deze vrijstelling is overigens door u niet genomen.
In voorkomende gevallen werd gebruik gemaakt van artikel 4a van het Konink-
lijk Besluit van 14 december 1977, Stb. 690, gebaseerd op artikel 10, der-
de lid, van de Winkelsluitingswet 1976, waarin aan het college van burge-
meester en wethouders de bevoegdheid wordt toegekend om ter gelegenheid
van specifiek plaatselijke festiviteiten voor twee dagen per jaar onthef-
fing te verlenen van diverse bepalingen van meergenoemde wet. Dit Konink-
lijk Besluit zal echter hoogstwaarschijnlijk binnenkort ingetrokken worden.
1