329
De voorzitter tendeert meer naar de voorzichtige opstelling van me-
vrouw Proost en ook wel enigszins naar die vari de lieer Kroon, dan naar
het. strakkere standpunt van de heer Albrecht, die eigenlijk op de toer
van de rekonstruktie en de wegversmal1ing is. Spreker denkt dat men zich
ook moet realiseren dat de vraag door het college begrepen is in de kon-
tekst van de verkeerssituatie. Ook in de werkgroep verkeer is dit meer-
malen besproken. Spreker denkt dat men in de visie die de heer Albrecht
ontvouv/t. daar een element bij moet betrekken, namelijk een kwestie van
stedebouwkundige aard, omdat men zich moet reaiiseren dat de Geleerden-
wijk niet. zulke brede straten heeft. Er zijn wat winkels, hetgeen een
duidelijk centrumelement in de Geleerdenwijk vormt. De Eykinanlaan geeft
daar een duidelijke toegang toe, rnisschien in de ogen van sominigen wat
te royaäl, maar als men daar een woonstraatje van gaat maken, dari gaat
men toch de stedebouwkundige opzet van de wijk geweld aandoen. Eri nu
hebben we het nog niet eens over de grote bedragen die ermee gemoeid
zijn. Spreker wi1 wel eens bekijken in het kader van de normale situa-
tie in de werkgroep verkeer, of belijning toch niet wat zou zijn.
Hij zal de raad daar nader over rapporteren. Spreker denkt dat de kwes-
tie van de versmalling toch vooralsnog niet zo snel aan de orde zal
kunnen komen.
Hethouder mevrouw Bierman denkt meer aan inissthien platanen of iets
dergelijks in het midden vari de weg.
De heer A1 brecht heeft er niet voor gepleit om vari de Eykmanlaan een
woonstraatje te maken. Maar de voorzitter onderschat de breedte van de
Eykmanlaan vooral in het laatste stuk nabij de llereriweg. Daar racen de
auto's naar de stoplichten niet alle gevaren vandien. Dat is wat zijn
fraktie graag nogmaals onder de aandacht. wil brengen.
De voorzitter heeft toegezegd dat het in ieder geval iri de werkgroep
verkeer weer aan de orde komt. Als er zijlijnen zijn naar andere disci-
plines, dan zal het college niet aarzelen om het veld van onderzoek te
verbreden.
Vraag 11.
Mevrouw Proost is deels tevreden met het ant.woord, dat er binnenkort
wat duidelijkheid komt in een baggerplan. 7ij denkt dat ééri van de oor-
zaken van de geregelde klachten over het te weinig baggeren is, dat bij
warme zomerdagen kleine vijvers, zoals bijvoorbeeld het. vijvertje op het
Sweelinckplein, veranderen in een akelige vieze dikke erwtensoep, omdat
bij warm weer de algen heel snel groeien. Dat. ziet er dan heel onprettig
uit en geeft aanleiding tot klachteri en het stinkt bovendien. Spreekster'
las een aardig artikel over chinese graskarpers die vooral bij warm weer
zeer veel gaan eten en die zich niet snel vemieerderenwant dat doen ze
niet in Nederland. Deze dieren zijn uitstekend in staat om dit soort
kleine soepvijvertjes schoon te houden.
Uethouder mevrouw Noorman vindt het idee van mevrouw Proost heel krea-
tief. Of het ook een serieus idee kan zijn, daarvan denkt zij dat het de
moeite waard is om het te bekijken. Zij merkt wel op dat. de ervaring met
uit.gezette levende have in lleemstede, in sloten, vaarten en vijvers, de-
ze is dat lleeinstede een aardige kolonie reigers bezit en dat een groot
29 november 1985