10
burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de navolgende werken
geen gebouwen zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te
laten uitvoeren, ëên en ander met uitzondering van normale onder-
houdswerkzaamheden
a. ontginnen; bodem verlagen of afgraven; ophogen; egaliseren;
scheuren van grasland;
b. het aanleggen of verharden van wegen, paden of parkeergelegenhe-
den en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
c. 1. buiten de erven van bedrijfsgebouwen en woningen:
het opslaan, deponeren, lozen of storten van al dan niet afge-
dankte of aan hun qorspronkelijk gebruik onttrokken voorwerpen
stoffen of produkten, alsmede het aanleggen of inrichten van
opslag-, stort- of bergplaatsen, behoudens voorzover êên en
ander noodzakelijk is;
- in verband met het beheer gericht op de instandhouding van
de landschappelijke of natuurwetenschappelijke waarden van
de gronden, of in verband met de uitoefening van het bosbe-
drijf en êën en ander bovendien niet betreft afgedankte of
aan hun oorspronkelijk gebruik onttrokken voorwerpen, stof-
fen of produkten; of
- voor de uitoefening van het agrarisch bedrijf, indien en
voorzover deze uitoefening reeds plaatsvond op het tijdstip
van inwerkingtreding van dit besluit en één en ander boven-
dien betreft niet-afgedankte landbouwvruchten en produkten;
2. binnen de erven van bedrijfsgebouwen en woningen:
het opslaan of deponeren buiten de gebouwen van één of meer
aan hun gebruik onttrokken machines, voer- of vaartuigen, als-
mede het opslaan van gerede of onklare machines, voer- of vaar
tuigen dan wel het aanleggen of inrichten van opslagplaatsen
daarvoor;
d. het aanleggen of inrichten van sport-, wedstrijd- of speelterrei-
nen, banen, kampeer- of caravanterreinendagcampings, lig- of
speeiweiden, zwemgelegenheden en baad- of speelvijvers;
e. het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse leidingen, kon-
strukties, installaties of apparatuur, met uitzondering van erf-
30 januari 1986