24
30 januari 1986
Daar st.aat. overigens ook do arens genoemd van f 90.000,-- totaal. Gege-
ven deze hardheidscleusule is het niet noodzakelijk nog een andere daar
overheen t.i tormuleren. Het college zou wel bereid zijn om met name
met hetrekking tot die 125 m:'-grens, in hijzondere gevallen, waar er
sprake was van kennelijke onredelijkheid, daar serieus naar te kijken
en in afwijking van deze grer^ dan toch subsidie toe te wijzen.
De heer Van Amerongen meent dat een verruiming van die 125 m2 geen ver-
hetoring zou brengen; de aanpak zou niet zozeêr ohjekt, dan wel subjekt
geiicht moeten zi.jnwant, dat is dan de achterliggende gedachte, maar
dat weut natuurlijk niemand, de bewoner van een groot huis zou wel eens
draagkrachtiger kuririen zijn. Fr zijn ook markante voorbeelden, zoals
het ,pookhuis aan het Spaarne, dat tot cen tamelijk vergaande staat. van
verval was geraakt en ongetwiji'eld de 125 nr-grens te boveri ging.
Duidelijk is dat de grenzen, zoals die in de regeling zijn aangegeven,
globaal zijri. Ook de vraag van de Pll-fraktie of het college bereid is'
te onderzoeken of een subjekt-gerichte aanpak mogelijk is'. is in het
college aan de orde gewcest. Ilet college is daar ver'deeld over. Eén lid
vari het college kao zich goed vinden in die gedachte, één lid van het
college behoudt. zijn standpunt op dit punt inhoudelijk geheel voor naar
îs graao bereid om één en andcr te onderzoeken en de zakeri op een rij
te zetten, terwijl twee leden van het college, waaronder spreekster,
niets zien in een dergelijk onderzoek. Een hele globale oriëntatie is
docr het college verrichl waaruit blijkt dat het theoretisch moaelijk
îs oni erri înkoiuens-athankelijke regeling te maken. Daaruit blijkt ook
dat voorzover de VHG bekend er éën gemeente iri Nederland is die dat doet
en dai is Zaanstad.
De vraag is of nien hct wil oriderzoeken en of men het nuttig vindt om
dnar eens naar t.e kijkeri.
De heer Van Amerongeri hoort spreken over de meriing van één lid, over
een ander Hd en over weer twee andero leden var, het'college. Ilij'vraagt
oi er iiiel. iit dit verband wat helderheid verschaft kan worden in die zin,
dat er iKgriijk sprake is vari eeri neerderheid in het college die in ie-
der geval wcl voor het nitvoeren van het onderzoek is. Hij begrijpt dat.
er deze week inaar 4 van de 5 ioden aanwezig wnren, dan zou de stemver-
houding dus 2-2 geweest. kunnen zijri, maai' spreker heoft altijd begre-
pen dat de buigemeester of de loco-burgemeester in dit geval altijd de
rioorslng gr-ett.
Wethouder mevrouw Biennan denkt met. dat het zozeer een kwestie is
var; hei rollege iri laatste instantie, nwnr van de raad, dus het lijkt
haar bder als zij ecrst haar verhaal afmaakt. Zij rneent dat het minstens
enige toel icht.inn vereist als r en lid of ledon vari het college zeggen dat
ze ir ts niet wilieri onderzoeken, want hct past gehcrl in rie vcrgaderkul-
tuur en m onze samenleving om aHes te onderzoeken en on grote bercid-
heirl te hehben ou notities, piaatpapicren, of hoe men het iioemen wil, te
producei r.'n on dat doet meu dan vaak u it tegengi'Stelde mot.ieven. Dat wordt.
gedaan of wordt gevraayd omdat men icts graag wil en dan is mooi de eerste
stap yi'zet, wanl dan ligt ei een st.uk op tafrl dat als lict even wil eeri
eigeri leven gaat. loiden en dan is er grotr lans dat het er komt. Hen rloet
hct vreemd yenoey ook oindat men dinoen holemaal niet wil en dan schuifl.
men dat ren heetje voor zich uit en dan kan dat. ook als een zoethoudor
fungeren cn dat kan een hele tijci duren. Spreekst.er denkt, eii dat zal vâ.n
haar uiet verhazen, want daf heeft zij el vaker gezegd, dat het yezien