27 maart 1986
81
Er moet binnen de gemeente mogelijkheid zijn voor een gevarieerd bomenbestand.
Oe gemeente is daar ook mee bezig. Ten aanzien van het bomenbestand in zijn
algeineenheid in Heemstede moet men zeggen dat men enigszins gekonfronteerd is
met de erfenis van het verleden. Spreker weet niet of men toen nog niet zoveel
verstand van bornen had, of dat het aantal bomen dat beschikbaar was misschien
wat beperkter was, maar er is hier thans toch wel sprake van een vrij eenvor-
mig soort bomenbestand. Dat is tot stand gekomen in de jaren na de oorlog en
vandaag bepalen die mede het beeld in de gemeente. In het beleid is duidelijk
een wat andere richting te bespeuren op dit moment en spreker vindt dat dit
een goede zaak is.
Op de vraag of deze dikke nota nodig is voor deze beleidsaanbevelingen zegt
spreker dat dit kennelijk wel zo is. Men bekijkt de situatie in de gemeente,
probeert zich daar een beeld van te vomien, zoals in de bijlage is neergelegd,
en komt dan uiteindelijk tot een aantal beleidsaanbevelingenwaarvan natuur-
lijk in het begin de kontouren waarschijnlijk al mede zichtbaar zijn geweest.
Het zal ook wel geld hebben gekost en er zijn ook wel wat uurtjes in gestoken,
zo is gezegd, maar er is geen extra mankracht voor beschikbaar gesteld. Nu
moet men niet zeggen dat er dus ruimte was binnen het bedrijf, want spreker
wil nadrukkelijk zeggen dat hier sprake is van een stuk ex.tra inzet, die zijn
waardering wel mag hebben. Gelukkig heeft de raad waardering uitgesproken in
de richting van het bedrijf, maar het is ook nog wel mogelijk, dat blijkt ook
hier weer, dat zonder dat er extra uren, of menskracht voor beschikbaar wordt
gesteld, men toch tot prestaties kan komen die boven het normale uitsteken.
En dat mag wel eens benadrukt worden. Het is niet de bedoeling dat er ook nog
een nota over groenonderhoud komt.
Wat betreft de waterplanten denkt spreker dat dat best in het beleid meegeno-
men kan worden, hij wil dat in zijn algemeenheid positief benaderen, zij het
dat echt niet elke waterpartij in Heemstede zich daarvoor zal lenen.
Mevrouw Proost zegt als verduidelijking over de haagjes dat zij de vrij-
heid van de burgers allerminst wil aantasten. Maar zo goed als men een stoep
kan afleveren met een betonnen randje erlangs, kan men ook, als men dat goed
verkoopt aan de burgers, en er zijn een aantal gemeenten waar dat gebeurd is
tot nu toe en met succes, de randen afwerken met ingeplante haagjes. Men kan
dan adviseren om dat drie jaar te laten staan, het bij te houden en als het na
drie jaar niet bevalt, het weg te halen. En dan blijven ze meestal staan, want
dan blijkt dat het hele straatbeeld er prettiger, rustiger en aantrekkelijker
uitziet. Spreekster zal proberen te vinden in welke gemeente dat gebeurd is.
Misschien dat het college dan ook meteen het propagandamateriaal van hoe men
dat verkoopt aan de mensen erbij kan overnemen. Met name is dat interessant
voor nieuwbouwwijken, want zij wil niet dat in de laan waar de heer Veen woont
ineens alle mooie schaarhekken eruit moeten en dat er haagjes geplant moeten
worden. Het gaat om de aflevering van eeri nieuwbouwwijk.
Inzake een bericht aan de burger over een te kappen boom bedoelde spreekster
de enkele gezonde boom die wegens overlast voor de ene buur wordt gekapt;
zij vraagt of de andere buur dan bericht krijgt.
Wat betreft de financiële vertaling van het plan heeft spreekster begrepen
dat de raad achteraf bedoelde bladzijde er beter niet bij had kunnen hebben.
Aan de andere kant is zij wel blij met het feit dat er prijzen bijzitten en
zij vroeg zich af of daar toch niet een soort duidelijke lijn uit gehaald kan
worden zodat de raad iedere keer niet alleen maar met projekten gaat werken.