27 maart 1986
83
Dat houdt tegelijk de vraag in wat men nu aan deze nota heeft. Er staat alle-
maal heel keurig overzichtelijk in de bevolkingsontwikkeling, de woningvoor-
raad, bouwmogelijkheden, financiële mogelijkheden en de kwalitatieve woning-
behoefte. Niet dat het nu allemaal was om van de stoel te vallen van verbazing,
want haar fraktie wist al het één en ander van wat hier geînventariseerd wordt.
En het zou ook te gek zijn in een gemeente als Heemstede als zij niet op de
hoogte was met de ontwikkelingen in eigen gemeente. Er is dus niet zo veel
nieuws bij deze inventarisatie, maar dan gaat men met des te meer belangstel-
ling kijken naar de beleidsaanbevel ingeri die volgen op de konklusies die in
het rapport vermeld worden.
En wat de konklusies betreft wordt er gesteld dat er behoefte aan driekamer-
eengezinswoningen met een maandhuur van 300,350,-- opgevangen kan
worden binnen de bestaande woningvoorraad, met name binnen het Centrumplan.
Daarbij vraagt spreekster of deze opmerking niet eerder bij de beleidsaanbe-
velingen thuishoort dan bij de konklusies. Want het is dus een aangegeveri
richting hoe een deel van die woningbehoefte aangepakt zou moeten worden. Daar-
naast staat er ook wat er volgens de nota verstaan moet worden onder eengezins-
woningen. Het is haar niet geheel duidelijk als men die nota doorieest. 0p
bladzijde 17 wordt gezegd over eengezinswoningen dat er een struktureel tekort
is terwijl er in éën adem achteraan komt dat uit het onderzoek blijkt dat er
met name behoefte bestaat aan driekamer-eengezinswoningen met een ruime woon-
kamer. Even verderop bij de konklusies en de aanbevelingen wordt dit begrip
uit elkaar gehaald. Want als men eerst gaat stellen dat de behoefte aari drie-
kamer-eengezinswoningen opgelost kan worden door de bestaande woningvoorraad
in het Centrumplari, en dan gaat zeggen dat rnen met doorstroming door het bou-
wen van eengezinswoningen de woningbehoefte en de woningnood eeri eind wi 1
tegemoetkomendan wordt de suggestie gewekt dat men in dit verband dus dan
niet meer aan driekamerwoningen denkt maar aan een soort eengezinswoning, een
doorzonwoning of een moderne versie daarvan.
Hoe weet men aan welke woningen het meeste behoefte is om te bouwen op de
stukken grond die daar nog voor beschikbaar zijn? Spreeksters fraktie heeft
bij verschillende gelegenheden gevraagd om een woonwensenonderzoek. Juist met
het oog om zo zuinig mogelijk te zijn met de beperkte bouwmogelijkheden is het
van groot belang om daar nauwkeurig inzicht in te hebben. Een onderzoek naar
de woonwensen van de kategorie die voor doorstroming in aanmerking komt is in
wezen ook onmisbaar oin die bouwmogel i jkheden ook zo zorgvuldig mogelijk te ge-
bruiken. En hoewel er in deze nota niet van een eventuele wenselijkheid van
zo'n woonwensenonderzoek gesproken wordt, komt er toch wel een zinsnede in voor
die juist wel bij deze gedaciite aansluit, waarbij de aanbeveling staat: dat er
een besliste voorkeur is voor het uitsluitend bouwen voor de eigen inwoners.
Wat dan betekent dat er alleen maar gebouwd tnag worden als er voldoende belang-
stelling voor een bepaalde soort woning is. En hoe weet men of er belangstel-
ling voor zo'n bepaalde kategorie woning is, weldoor een onderzoek daarnaar
in te stellen, een woonwensenonderzoek. Natuuriijk zal zo'n onderzoek wel het
éën en ander kosten; dat heeft haar fraktievoorzitter in zijn algemene be-
schouwingen in 1984 al gezegd.
Haar het is heel wel mogelijk dat het. geld dat het kost zijn nut opbrengt voor
het resultaat dat het dan oplevert. Want men zegt altijd dat het in Heemstede
zo gezellig en zo aantrekkelijk wonen is, maar dan moet men ook wel een huis
hebben wat een beetje aan de woonwensen tegemoet komt.
A1 waren dan de iriventarisatiegegevens in grote lijnen bekend, er staat bij
de konklusies toch eerst wat voor het eerst helder en konkreet op papier staat.