111 24 april 1986 Men zegt toch altijd dat het bestuur dichter bij de burger moet komen, nu in deze zetting was het niet alleen zo dat men de namen van de in- stel1ingen en de organisaties kende, maar dat men veelal ook de mensen kende die daar leiding gaven en daar werkten. Dat het zo duidelijk van de grond gekomen is, is te danken aan de inzet en de grote ijver waar- mee de commissie planvoorbereiding gewerkt heeft onder de inspirerende leiding van een voorzitter, die toch altijd de grote iijnen in het oog hield en al die verschillende beleidsterreinen dan toch tot ëén plaatje samenvoegde. Ook spreeksters fraktie wil de plancommissie bijzonder hartelijk danken voor wat ze gedaan heeft en bovendien ook voor wat ze nalaat, want er gaat wat veranderen. De Kaderwet is er dus niet meer, en komt er ook niet, maar er komt een Welzijnswet en die geeft wat meer ruimte om het allemaal vorm te geven, maar er moet toch wel wat gepland worden. En het staat de gemeente enigszins vrij om het te doen. Die nieuwe Welzijnswet stelt voor om maar gewoon bij de begroting aan te sluiten net als bij al die andere beleidsterreinen; in de toelichting op de begroting zet men de beleids- voornemens en dat is niet zo'n gek idee, dat wil zij ook wel volgen, want dat doet men met al het andere werk ook en waarom dus hier niet. Maar zoals ook in de notitie van de welzijnsplanning staat, zijn er be- paalde verworvenheden in de afgelopen jaren tot stand gekomen ten aanzien van het welzijnswerk, die zij wel graag wil bewaren. Daar wordt in die notitie ook aan tegemoet gekomen, want die eigen plaats in dat welzijns- beleid, dat bestuurlijk politieke gebeuren, het zicht erop, de goede in- spraakmogelijkheden die er waren en het oog voor het meer beleidsmatig onderbouwen, dat wordt wel allemaal in die notitie aangegeven hoe dat vorm moet krijgen. En dan denkt spreekster dat de toevoeging van belang is dat de subsidie-aanvragen bij de begroting in een aparte bijlage ver- meld worden. Dat is voor al de gunstige effekten die zij zojuist noemde goed, én naar die instellingen en organisaties toe én naar het bestuur- lijk apparaat toe om daar zicht op te houden. Het leidt ertoe dat het een hele nieuwe en verantwoorde manier is om met dit welzijnswerk om te gaan en daarom ook blijft het werk dat de plancommissie achterlaat een goede stevige basis om de toekomst mee op te bouwen. Wethouder mevrouw Noorman antwoordt dat de welzijnsplanning in Heem- stede vanaf 1979 een bepaalde vorm heeft gehad die deels werd gedikteerd door de wetgeving via de Kaderwet Specifiek Welzijn, maar evenzeer door de vorm die de gemeenteraad van Heemstede eraan gegeven heeft middels het instellen van een plancommissie specifiek welzijn, een commissie waarin burgersgeïnteresseerden, mensen met kontakten en binding in het so- ciaal-kultureel werk zitting hadden, naast een vertegenwoordiging vanuit de raad, uit iedere fraktie éën en de portefeuillehouder. Die plancommis- sie heeft baanbrekend werk gedaan in het vormgeven van de wijze waarop in Heemstede het werk gepland is. Zowel het bureau weizijn als de plan- commissie hebben al doende geleerd, in samenspraak met het sociaal-kul- tureel werk, de instellingen en het partikulier initiatief om een zoda- nige welzijnsplanning tot stand te brengen dat die inzichtelijk was en dat de gemeenteraad op grond van die planning welbewust beslissingen kon nemen omtrent subsidiëring. Die planningsmethodiek was een strakke en omvangrijke. De verdienste van de methodiek was dat die veel inzicht ver- schaft heeft en een goed beleidsinstrument gaf, maar er zaten ook nadelen aan. Tijdens de evaluatie van de planperiode is gebleken dat die nadelen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1986 | | pagina 12