127
24 april 1986
Je bent nog jong, op een come-back wil ik niet zinspelen, want je gaat
je vieugels weer in het ambtelijke uitslaan. Heel hartelijk dank voor
je vriendschap en voor alles wat je hebt gedaan. Ik ga niet in herhaling
treden van datgene wat ik bij je afscheid als wethouder heb gezegd want
dat moet je nooit doen. Maar wees overtuigd van onze dankbaarheid.
Mevrouw Snoep. Ik heb u voor het laatst bewaard, omdat u verreweg het
langst raadslid bent geweest. Ik heb het in de begintijd moeilijk ge-
had met u, want ik kreeg altijd het verwijt: waarom geef je ons nooit
het woord. Ik weet niet hoe dat zit, dat komt waarschijnlijk op de éên
of andere manier door de stand van de tafels. Maar het kwam er wel on-
gezouten uit. Ik dacht dat ik het altijd rustig en eerlijk deed, maar
kennelijk ging dat nog wel eens fout. Het is terecht en belangrijk dat
zulke dingen gewoon eerlijk worden gezegd. Maar dat was uiteraard niet
de essentie van uw funktioneren. Ik vind het niet zo gemakkelijk om dat
te karakteriseren. Wat men in het funktioneren en in de snelle verande-
ringen in onze samenleving wel eens mist in het politieke bedrijf, is
de stabiliteit van de lange termijn. Zestien jaar is lang,en wat je in
vier verschi1lende raadsperioden inbrengt en opbouwt, geeft een heel
ander soort kleur aan degene die het zelf bekleedt en aan datgene wat
je in de gemeenschap bent. Ook in het politiek funktioneren gaat dat
heeî anders werken. Dat merk je allemaal als je wat langer in zo'n raar
vak rondloopt. Je gaat op heel andere dingen letten. Wat bij u opviel
was dat u altijd bij zo ontzettend veel zaken in de samenleving aanwe-
zig was. în het burgemeesterschap kom je natuurlijk bij allerlei dingen
die ook niet politiek zijn. Raadsleden hebben het erg druk, kunnen ook
niet overal bij aanwezig zijn, maar u bracht het dan ook altijd nog op
om bij die maatschappelijke dingen die u doet - het is geen kritiek
t.o.v. iemand - aanwezig te zijn en u kende daardoor zeer veel mensen
die ook weer een beroep op u deden.
Ik vond het altijd typerend dat u mij verschi1lende keren belde, ge-
woon voor persoonlijke problematiek^en dat u zei: die en die is bij mij
gekomen, kan dat nog eens bekeken worden? Dat gebeurt natuurlijk bij
andere raadsleden ook wel eens, maar bij u gebeurde dat heel nadrukke-
lijk en op een speciale manier, waaruit uw betrokkenheid voor persoon-
lijke kwesties van mensen naar voren kwam.
Het is zo dat mensen vaak geen drempel hebben om in beroep te gaan en
de officiële procedure bewandelen. Het is op zichzelf genomen een hele
interessante zaak en ik ben zelf nogal betrokken bij verschi1lende za-
ken, ook van de verschi1lende portefeui1lesvan mensen die in beroep
komen. Dat is in toenemende mate een belangrijke zaak. Desalniettemin
is het natuurlijk heel mooi als men in het voorterrein ook nog eens
wat kan oplossen. En doordat men zo snel in beroep gaat, wordt die weg
van het voorterrein wel eens vergeten.
Op de spreekuren van de frakties liep het ook niet storm. Men weet de
frakties wel te vinden voor zijn eigen belangen, zo is het ook weer niet
maar de spreekuren worden toch zeer incidenteel bezocht. Ik wil niet al-
leen anti-propaganda maken, maar het is toch wel merkwaardig dat men zo
snel die rechtsgang weet te vinden en dat dat andere niet zo sterk aanwe
zig is. U had daar een speciale begaafheid en een speciaal gevoel voor,
wat nu gemist gaat worden. Wij willen u heel hartelijk danken voor uw
trouw en voor uw vriendschap. U hebt uw inzet voor een belangrijk deel
toegespitst op het kulturele bedrijf; u hebt veel gedaan voor het Oude
Slot en ook voor de commissie kunstaankopen. U bent bestuurslid van de
schouwburg in Haarlem geweest als Heemsteeds vertegenwoordigster, en u