28 augustus 1986
235
XVIa.Mi.iziging sociaal cultureel proqramna 1986(volgnr.l08)
De heer Van 't Hof brengt naar voren dat het reeds jaren een
bekend gegeven is dat bij het voormalig bestuur van de stichtinq
't Oude Posthuis de behoefte bestond om de administratieve boek-
houdkundige bedrijfsvoering beter toe te rusten. Dit knelpunt is
ook door de gemeenteraad reeds eerder onderkend, echter met de
vaststelling dat daarin tevens van de zijde van het bestuur krea-
tiviteit, zeg financiële inbreng, werd verwacht ter oplossing van
die problemen.
Inmiddels heeft de fusie plaatsgehad tussen de voormalige stich-
ting 't Oude Posthuis en Het Honk. Kennelijk was dit tevens het
tijdstip voor een mogelijke interne werkherverdelirig. Tegelijker-
tijd doet zich de situatie voor dat éën van de agogische krachten
van werkterrein wil veranderen. Sprekers fraktie is blij dat het
bestuur van de Stichting Sociaal-Cultureel Werk nu met eigen voor-
stellen komt, die het wellicht mede mogelijk maken een essentieel
knelpunt op te lossen.
Uit de korrespondentie van de stichting blijkt dat rnen een kop-
peling maakt tussen enerzijds afstand doen van een agogische funktie
en anderzijds de oplossing van een jarenlang gevoelig probleem in
de administratieve sfeer. Men heeft derhalve verwachtingen.
Sprekers fraktie kan zich vinden in het voorliggende voorstel
waarbij de agogische formatie met één funktie wordt verminderd en
de vrijgekomen middelen mede worden aangewend Inzake de wachtgeld-
regeling voor betrokkene.
In het onderhavige voorstel wordt verder gewag gemaakt van het
feit dat nadere uitwerking van voorstellen zaj worden betrokken bij
de besluitvorming over de nota club- en buurtnuizen, waarvan ook
spreker weet dat het uitgangspunt de budgettaire neutraliteit is.
Daar heeft zijn fraktie vooralsnog geen problemen mee, echter de
formulering in het raadsvoorstel is nogal open gemaakt. Daarom
vraagt zijn fraktie of zij uit het voorstel mag opmaken dat de
vrijkomende middelen, voorzover niet nodig ten behoeve van het
wachtgeld, primair zullen worden aangewend voor het knelpunt ad-
ministratie/boekhouding bij de Stichting Sociaal-Cultureel Werk,
en dat de eventueel dan nog overblijvende gelden beschikbaar
zullen blijven voor het budget sociaal-cultureel werk.
Mevrouw IJsselmuiden merkt op dat voorzover inderdaad het onder-
zoek heeft plaatsgehad bij de Stichting Sociaal-Cultureel Werk en
er inderdaad een fulltime plaats van een agogisch werker vervalt,
waardoor men een groot knelpunt kan oplossen, haar fraktie daar
dankbaar voor is; zij vindt het ook een heel kreatieve oplossing.
Spreekster vraagt of bij deze uitbreiding dit knelpunt nu echt is
opgelost, want dat zegt het voorstel nergens. In de tweede plaats
vraagt zij wanneer het onderzoek afgerond is en of de raad van dat
onderzoek ook de resultaten mag weten in de commissie en of dat
daar dan behandeld zal worden.
Tenslotte zegt zij geheel akkoord te gaan het het voorstel.