28 augustus 1986
239
Ook sprekers fraktie heeft zich natuurlijk bezig gehouden met de
vraag of dit pand op deze lokatie gelegen op korte termijn of op
overzienbare termijn van waarde is voor de gemeente en met name
in relatie tot de school die daarbij staat. In tegenstelling tot
het C.D.A. - de heer Van der Hulst wii graag van het college
horen of het zich verdiept heeft wat de mogelijke noodzaak kan
zijn - is sprekers fraktie niet over één nacht ijs gegaan en
heeft zij een aantal mensen, die ter plaatse redelijk op de hoogte
zijn, benaderd en op basis van dat onderzoek is zij tot de kon-
klusie gekomen dat het inderdaad aan het kriterium voldoet dat
in de nabije of overzienbare toekomst er niet een absolute noodzaak
is om dat huis aan te houden.
Vandaar ook dat zij zich kan verenigen met het voorstel zoals het
hier ligt. Met een kleine link naar P.H. zegt spreker dat zij
zich wellicht iets teveel indekken op langere termijn, wellicht
zijn ze iets te konservatief in het afstoten van gemeentebezit-
tingen daar waar in alle redelijkheid de overzienbare termijn dat
niet vergt.
Wethouder Baar antwoordt dat de meerderheid van het college na
grondige afweging tot de konklusie is gekomen dat het verstandig
is deze woning thans te verkopen.
Spreker denkt dat de sprekers zo over en weer hun overwegingen
op tafel hebben gelegd.
Voorzover die zijn uitgesproken door de heren Van der Hulst en
Solleveld worden ze door de meerderheid van het college gedeeld
en voor wat de heer Divendal betreft kan dat niet in aile opzich-
ten worden gezegd.
Eën aspekt is spreker opgevallen bij de heer Divendal, die stelt
dat men het pand misschien over 5 of 10 jaar niet nodig zal hebben,
maar over 15 of 20 jaar mogelijk wel.
Spreker heeft de neiging om te zeggen dat als de gemeente inder-
daad over 15 of 20 jaar voor welk doel dan ook het pand en meer
in het bijzonder de grond toch nodig zou denken te hebben, er dan ook
wel weer middelen zullen zijn om één en ander weer in eigendom te ver-
werven.
Het is voor het college onvoldoende reden om zolang te wachten en
zolang dus geld te blijven toeleggen op deze zaak. Het heeft
in het verleden al geld gekost, en het zal dat ook blijven doen
met een mogelijk op zeer lange termijn te verwachten bestemming.
0p dit moment ziet het college die bestemming niet. Ook in de
richting van het onderwijs niet.
Trouwens, spreker denkt dat als men de Voorwegschool zou vragen
of ze er nog een ruimte bij zouden willen hebben, het antwoord
zou zijn: ruimte is altijd welkom. Maar dan zou het gebouw om te
beginnen grondig verbouwd moeten worden. Dat zou veel geld kosten,
want er is een stuk groot onderhoud te verrichten aan het pand.
Daar staat geen enkele vergoeding tegenover en het zou ook
konsekwenties hebben in de richting van andere scholen. Het
college meent daarom dat dit in financiële zin in hoge mate on-
verantwoord zou zijn, temeer omdat de behoefte ook niet duidelijk
is geaccentueerd.