289 die behoefte hebben aan een in hun ogen kwalitatief wat betere woning, zoals een woning met een wat grotere woonkainer, grotere keuken, en dergelijke. Anderzijds zou het ook kunnen zijn dat flatbewoners denken aan een woning met een tuin erbij. Het is zelfs niet ondenkbaar dat er nu al huurders zijn in het Burgemeester Van Lennepweg-gebiedin de appartementen, die als de Prinsenlaan-noord aan de orde is, wel weer eens zouden willen doorstromen. Dan praat spreker toch al wel over 4 5 jaar verder. De tweede fase van dat onderzoek zou zich dan ook speciaal moeten gaan richten op die bewoners die deze bereidheid hebben om te verhuizen, die daar iets meer geld voor over hebben en dat kunnen betalen, zodat în de tweede fase de gegevens worden verkregen waarvoor dat bouwplan zoveel mogelijk gerealiseerd kan worden. Er is in 1982 een programma van eisen vastgesteld voor dat gebied. Spreker denkt dat dit toch zal moeten wor- den aangepast, de plannen zullen verder uitgewerkt moeten worden. De gegevens uit het woonwensenonderzoek dat nu gaat piaatsvinden moeten daar volledig bij betrokken worden, opdat de doorstroming zo optimaal mogelijk wordt gebruikt en inderdaad eenzelfde aantal woningzoekenden dat op zoek is naar woningen met lage huren hieraan wordt geholpen. Spreker hoort graag van het college of de opvatting van zijn fraktie over het onderzoek bevestigd wordt door het college en of het op deze manier zou kunnen plaatsvinden en op eventueel wat voor wijze daarover nog verder zou moeten worden gesproken met degenen die dat onderzoek gaan verrichten om het aldus naar deze wensen te laten plaatsvinden. Mevrouw Karssen zegt dat een woonwensenonderzoek haar fraktie altijd voor ogen heeft gestaan, maar wel een heel ander soort onderzoek dan nu ter tafel ligt. Zij dacht aan een veel wijder opgezet, veel meer kate- gorieën mensen bevattend en ook een beetje toekomstgericht onderzoek in de zin van: hoe denkt u over 5 of 10 jaar te willen wurien V Het is er niet van gekomen, dat betreurt zij, en nu ligt dit verhuis- wensenonderzoek op tafel. Nu kan de raad kijken of men wat aan zo'n onderzoek heeft. en de vragen die men zal willen stellen worden haar enigszins gegeven, dus haar fraktie kan een beeld krijgen of deze enquête nut zou kunnen opleveren. De vraag die zij zich stelt is in hoeverre de uitslag vandit onderzoek de bouwplannen aan de Prinsenlaari zal kunnen beïnvloeden. De offerte van de eriquête gaat er al vanuit dat er 150 huizen worden gebouwd in de goedkope huur- en de goedkope koopsektor. Dat is al een gegeven, men kan dus het soort huis niet meer zo erg beïnvloeden. Dan lijkt het haar, als men spreekt van goedkope huur- en goedkope koopwoningeii - wat heet goedkoop dan - mogelijk dat er een goed aantal starters zo'n goedkoop huis zouden willen kopen. De rente is laag en als nien een huis kan kopen van tussen de 120.000,-- en f 150.000,-- dan is men mis- schien al met al niet zo erg veel duurder uit dan huren. Maar de enquête gaat mensen benaderen die in huurwoningen wonen en aan heri wordt gevraagd: wil je kopen of huren Dat is een vraag die voor veel bewoners van huurwoningen helemaal geen keuzemogelijkheid biedt. Er zijn misschien veel merisen die best een huis zouden willen kopen, maar als meri koopt heeft men hypotheek nodig en die hypotheek krijgt men alleen maar als men een garantie kan geven, en dat is iets wat deze bewoners van huurwoningen in sommige gevaïlen toch niet zullen kunnen aanbieden. In hoeverre is liet dan reëel oin aan deze groep bewoners de 30 oktober 1986

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1986 | | pagina 15