306
27 november 1986
Het zal duidelijk zijn: eenmaal op gang gekomen zal iedere koers-
wijziging onderwerp van diskussie zijn tussen de vele betrokkenen
en de uiteindelijke beslissing een compromis, bepaald door de meer-
derheid van de belanghebbenden. Onderweg uitstappen levert de
kapitein een nat pak op en de eigenaar een forse rekening, die hij
veelal slechts ten koste van andere bedrijfsonderdelen zal kunnen
voldoen.
De konklusie: Bijstelling of beëindiging van een gemeenschappelijke
regeling is zeer moeilijk, respektievelijk vrijwel onmogelijk.
In konkreto betekent dat, dat naarniate het aantal van dergelijke
regelingen toeneemt, er een toenemend aantal - vaak aanzienlijke -
kostenposten op de gemeentelijke begroting niet of nauwelijks meer
te be'invloeden zijn door de gemeenteraad.
Als voorbeeld hiervan noemen wij het Muziekcentrum Zuid-Kennemerland.
Mijn fraktie is dan ook van mening, dat wij ons over die gewilde
en ongewilde effekten zullen moeten beraden en willen daartoe de
volgende opmerkingen in overweging geven:
1. Een zorgvuldige afweging van de bestaande gemeenschappelijke
regelingen met betrekking tot de aanpassing aan de Wet op de
Gemeenschappelijke Regelingen of opheffing zal moeten plaats-
vinden.
Voor onze fraktie is voortzetting op voorhand en voor alle
gevallen niet vanzelfsprekend.
2. Taken, werkzaamheden en regelingen van het gewest dienen regel-
matig beoordeeld te worden in relatie tot de daaraan verbonden
kosten. Het kunstmatig in stand houden van achterhaalde zaken
dient hoe dan ook vermeden te worden.
3. Eventuele nieuwe regelingen zullen zeer terughoudend en kritisch
bekeken dienen te worden; met name de financiële voordelen op
langere termijn verdienen uitvoerige bestudering.
Wij zullen bij die beoordeling steeds het verlies van de gemeente-
lijke autonomie moeten afwegen tegen de voordelen van de gezamenlijke
behartiging.
De VVD-fraktie zal daarbij vanuit een positieve uitgangspositie
opereren, hetgeen gezien het feit dat onze fraktie een van de DB-
leden van het gewest levert, geen verbazing zal wekken.
Hierbij opkomende vragen aan uw college zijn: Deelt u onze zorgen?
Bent u bereid rekening te houden met onze "opmerkingen"en: kunt
u ons mededelen wie binnen uw college zich met deze taak, die, om de
ontwikkeling voor Heemstede zo optimaal mogelijk te laten verlopen,
veel initiatief zal vragen, zal belasten? Gezien de groeiende urgentie
horen wij ook graag wanneer de eerste initiatieven verwacht mogen
worden.
Iets, dat bestaat, leeft en/of leeft bij anderen.
Dit toepassend op het verschijnsel van de "intergemeentelijke samen-
werking in het algemeen" kunnen wij vaststellen, dat het wel bestaat,
maar slechts een beetje leeft.
Dat geldt zeker ook 1n deze kring, voorzover men er niet direkt bij
betrokken is. Eeri grotere bekendheid, een sterker "leven bij" achten
wij dringend gewenst.
Zeker in het licht van de beslissingen in de komende jaren.
