27 november 1986
Daar komt bij dat 805S van die langdurig werklozen weinig
scholing heeft gehad. Voor deze groep is ook nauwelijk scholing
denkbaar, hoewel scholing en bijscholing belangrijk blijven Ze
hebben ook vaak siechte schoolervaringen achter de rug en willen
niet of nauwelijks nog opgeleid worden. Economisch herstel en
arbeidsduurverkorting zijn nodig; een betere aanpassing tussen
het onderwijs en de arbeidsmarkt is eveneens hard nodig. Maar het
blijkt dat dit weinig effekt heeft op die harde kern, die groeiende
kern van langdurig werklozen.
Het voorstel van het college tot loonkostensuppletie is te waar-
deren Sprekers fraktie staat hier achter, zij heeft dat ook aan-
gezwengeld, en denkt ook dat het enig effekt zal hebben. Van alle
werkiozen in Heemstede zullen er ongeveer 100 behoren tot die
harde kern die spreker noemde. In de Tweede Kamer is ook een wet
aangenomen die een poging doet in de richting die de raad vanavond
in lokaal verband wil doen. In de praktijk echter blijkt dat onder-
nemers ondanks die financiële tegemoetkoming de mensen selekteren
die zij het meest geschikt achten voor die baan, dus mensen met
ervaring, vakbekwaamheid, motivatie en werkdiscipline. Over het
algemeen wordt van langdurig werklozen gezegd dat dat er bij
hen meestal niet zo bijzit. Dit brengt spreker tot de stelling dat
wat de raad wil met deze voorstellen ook gedaan moet worden; alle
beetjes helpen. Als men 20 mensen aan een baan kan helpen dan îs
dat meegenomen, maar er staan nog 80 nagenoeg kansloze Heemstede-
naren aan de kant. Dus er is meer nodig. Dat brengt spreker op
het artikel in de notitie van het college over het jeugdwerkgaran-
tieplan. Dat werkt nog niet, maar de voornemens van het jeugdwerk
garantieplan zijn duidelijk: de gemeenten krijgen een centrale roi
inde uitvoering van het jeugdwerkgarantieplan. Sprekers fraktie
realiseert zich dat dit een Zweeds model is, een moeiiijk model,
want de overheid gaat die doelgroep, die langdurig werklozen, tot
werk verplichten. En als de overheid verplichtingen oplegt dan
leqt dat ook verplichtingen aan zich zelf op, met andere woorden
de overheid doet dan namelijk ook voldoende om gevaneerde banen
te gaan scheppen.
Er is voor die harde kern van de langdurig werklozen dus sprake
van aanbodgerichte werkgelegenheid. Dat is nodig voor deze mensen.
Ten dele moeten die banen gevonden worden in de marktsektor.
Genoemd worden, de bouw, het vervangen van rioleringen în steden
en het toegankelijk maken van allerlei voorziemngen voor gehandi-
kapten. Dit zouderi allemaal zinvolle zaken zijn die în de markt
sektor uitgevoerd kunnen worden. Maar het lukt niet om al die men-
sen in de marktsektor aan een baan te helpen, ook in de kwartaire
sektor zal dat moeten gebeuren, en zijn fraktie denkt ook dat er
qerioeg te doen is in die kwartaire sektor; banen waar nu geen geld
aan wordt besteed of waar men het niet meer voor over heeft dat
het eraan wordt besteed. Toch denkt spreker dat men daar opmeuw
naar moet kijken. Bijvoorbeeld de vervoersassistenten in het
openbaar vervoer hebben eigenlijk aangetoond hoe positief het kan
zijn als men besluit tot herinvoering van dat soort werk. Maar
ook valt bijvoorbeeld te denken aan het weer invoeren van de
concierges op basisscholen, de gezinszorg, bewakmg van fietsen-
stal1ingen en zo zijn er talloze funkties te vervullen.