420
18 december 1986
De heer Berkelmans merkt op dat aangezien het hier gaat om een zaak
die zijn fraktie en vele burgers heeft beziggehouden, zij hier toch
even bij wil stilstaan. Als men de verschi1lende aspekten van deze zaak
bekijkt dan moet men konstateren dat er allereerst een wettelijke taak
is opgelegd waar men niet om heen kan. Vervolgens zijn er eveneens door
de wetgever voorwaarden gesteld waaraan het gemeentebestuur moet vol-
doen. Blijft voor het gemeentebestuur nog over de keus van de lokatie,
waarbij zowel de belangen van de toekomstige bewoners alsmede ook die
van de omwonenden moeten worden afgewogen. Gebîeken is dat de keuze
van de lokatie als zodanig zeer beperkt is door het domweg niet voor-
handen zijn van terreinen of grond die aan de wettelijk gestelde normen
voldoen of daarvoor geschikt zouden kunnen worden gemaakt.
Uiteindelijk is nu de keuze na bovengenoemde afwegingen gevallen op de
lokatie aan de Glipper Dreef. Vooraf was voorspelbaar dat onverschi1Jig
de keuze van de lokatie er bezwaren uit de bevolking zouden komen en met
name van omwonenden. Men kan bijna dagelijks hierover in de krant lezen
en zelfs op T.V. werd er in êën van de aktualiteitenprogrannia's aandacht
aan deze zaak besteed.
Als men de bezwaren op een rijtje zet - en dit geldt voor bijna alle
gevallen in het hele land - blijven er in feite drie over, namelijk:
1. waardevermindering van de eigen woning;
2. woonwagenbewoners hebben vaak afwijkende leefgewoonten en zouden
maatschappelijk niet in onze cultuur passen;
3. een derde doch vaak zeer merkwaardig en minder voorspelbaar argument
is te beîuisteren als men opkomst voor de woonwagenbewoners die zich
op de toekomstige lokatie niet thuis zullen voelen. Te weinig uit-
zicht, buurtbewoners accepteren ze niet, slechte integratiemogelijk-
heden, enzovoort.
Deze laatste argumenten worden bijna nooit door de woonwagenbewoners
zelf onderschreven. Wat betreft het eerste argument wordt dit vaker ge-
hoord doch is zeer zeker moeilijk aantoonbaar. Sprekers fraktie wil
hierbij aantekenen dat dit ook het geval kan zijn als bijvoorbeeld een
horecabedrijf zich in de buurt vestigt, een jeugdhonk wordt geopend of
verkeersmaatregelen een extra toename van verkeer doen ontstaan.
Wat betreft het 2e argument, als zouden woonwagenbewoners afwijkende
leefgewoonten hebben en niet in onze cultuur passen zou sprekers fraktie
toch een beroep willen doen op degenen die op grond hiervan bezwaren
maken of hebben gemaakt.
Deze bezwaren berusten naar de mening van zijn fraktie meestal op voor-
oordelen die moeilijk weg te praten zijn maar kennelijk dusdanig hard-
nekkig zijn dat soms de emoties hierover zeer hoog oplaaien. Spreker
weet dat een vergelijking met ervaringen op campings tijdens vakanties
niet helemaal opgaat. Toch is zijn ervaring gedurende bijna 20 jaar dat
daar vaak een zeer hoge graad van acceptatie en tolerantie is, ongeacht
het feit dat men meestal helemaal niets van elkaar weet en in vele ge-
vallen elkaars taal nog niet eens spreekt. Ilij wil het dan nog niet eens
hebben over het feit, dat de onderlinge afstand tussen de lokaties mees-
tal erg minimaal is. Met is juist daar dat mensen op een zeer spontane
wijze met elkaar omgaan en optrekken, elkaar hand- en spandiensten ver-
lenen en er goede vaak blijvende relaties ontstaan.
Sprekers fraktie heeft daarom dan ook een dringend verzoek aan het col-
lege. Zij vraagt na te gaan welke maatregelen er genomen zouden kunnen
worden om de integratie te bevorderen. Zij denkt daarbij zelf aan voor-