aK 4e afd. 29 januari 1987 4. Door of vanwege de direkteur wordt op verzoek van de aangifteplich- tige een gewaarmerkt exemplaar van het ingevulde aangifteformulier verstrekt aan de aangifteplichtige. Artikel 3. Het bepaalde in artikel 2, tweede en vierde iid, geldt niet ten aanzien van destruktiemateriaal B indien de direkteur terzake van de aangifte van dat materiaal afwijkende regeien vaststelt. Artikel 4. Het bepaalde in artikel 2 geidt niet ten aanzien van destruktiemateriaal C en D. Artikel 5. 1. De aangifteplichtige van destruktiemateriaal is gehouden dit destruk- tiemateriaal tot aan de overdracht aan de ondernemer op zodanige wijze te bewaren: a. dat daaraan door andere personen of door dieren niets kan worden onttrokken; b. dat bederf wordt voorkomen; c. dat vermenging met andere stoffen wordt voorkomen. De door de direkteur hieromtrent gegeven aanwijzingen moeten in acht worden genomen. 2. Onverminderd het bepaalde in het vorige lid en behoudens het bepaal- de in artikei 14 is de aangifteplichtige ten aanzien van destruktie- materiaal gehouden: a. tot vervoer van het destruktiemateriaal naar een door de direk- teur goedgekeurde, voor een vervoermiddel van de ondernemer rede- lijkerwijs bereikbare plaats, geen openbare weg zijnde; omtrent het tijdstip van het vervoer naar en de bewaring van het destruk- tiemateriaal op die piaats kan de direkteur aanwijzingen geven; b. tot het ter beschikking houden van destruktiemateriaalafkomstig van gestorven dieren, geleden hebbende aan of verdacht van een ziekte, waarop titel III van de Veewet van toepassing is, alsme- de tot het afgeven voor vervoer door of vanwege de ondernemer -4-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1987 | | pagina 16