4e afd.
26 maart 1987
28
ad g. Zie hiervoor hetgeen m.b.t. de onder d en f opgenomen bezwa-
ren is vermeld.
ad h. De huidige capaciteit van 30 (tijdelijke) parkeerplaatsen op
het terrein aan de Eikenlaan blijkt onvoidoende te zijn.
Gezien het feit dat aanleg van doelmatige aanvullende par-
keergelegenheid nabij het centrum niet tot de mogelijkheden
behoort en gelet op de eerder aangehaalde doelstel1ing
"bescherming woonbuurten" is het reëel te stellen dat het
terrein aan de Eikenlaan ên het Julianaplein geheel of gedeel-
telijk nodig zijn voor de opvang van de parkeerbehoeften van
120-160 auto's.
Daarbij komt nog dat van het terrein Eikenlaan ook voor andere
doeleinden (o.a. speelterrein voor de wat oudere jeugd) ruimte
nodig is; rekening houdend met de mogelijkheid van enig "groen"
kan de capaciteit van dit terrein worden gesteld op 50-60
parkeerplaatsen.
ad i. In verband met de huidige verkeersintensiteiten behoort de
Julianalaan tot de wegen in het plangebied waar sprake is van
een "bestaande situatie" in de zin van de Wet Geluidhinder
(zie plantoelichting hoofdstuk V).
Bij een gedeeltelijk gebruik van het Julianaplein als parkeer-
gelegenheid moet worden bedacht dat de meeste gebruikers lang-
parkeerders zullen zijn waardoor het aantal aan- en afrij-
bewegingen beperkt is, zeker in verhouding tot het absolute
getal van de huidige intensiteit ter plaatse van 3400 motor-
voertuigen per etmaal.
2. De heer drs. G.A.G. van Raamsdonk.
Reclamant maakt ernstig bezwaar tegen de opgenomen erfbe-
bouwingsregeling. Deze regeling is uit stedebouwkundig oog-
punt onaanvaardbaar en tast de klassieke vormgeving uit de
dertiger jaren in belangrijke mate aan.
- 8 -