4e afd.
26 maart 1987
Dat op grond van het vorenstaande de bezwaren ongegrond moeten worden
verklaard;
dat tijdens de voorbereidings/ontwerpfase van het bestemmingsplan door
de eigenaar-bewoner van de meest zuidwestelijke hoekwoning aan de Franz
Lehärlaan is verzocht een bebouwingsinogel i jkheid voor een garage op te
nemen aan de westzijde van zijn woning;
dat tegen de hiervoor benodigde zijwaartse uitbreiding van de Erfbestem-
ming uit stedebouwkundig oogpunt op die lokatie geen bezwaar bestaat.;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 3 maart jl.;
gelet op de artikelen 22 tot en met 25 van de Wet op de Ruimtelijke
Ordening;
RESLUIT:
a. de ingediende bezwaarschriften ongegrond te verklaren;
b. op de plankaart van het ontwerp-bestemmingsplan de Erfbestemming van
de meest zuidwestelijke woning aan de Franz LehârTaan in westelijke
richting uit te breiden;
c. met inachtneming van de onder b genoemde wijziging het bestemmings-
plan "Componistenwijk" vast te stellen overeenkomstig de bij dit
besluit behorende kaarten en de mede daarbij behorende voorschriften
en toeiichting.
Heemstede, 26 maart 1907.
De raad voornoemd,
De secretaois,
De voorzitter,