4e afd.
7 mei 1987
60
normaal vrachtverkeer.
VI. Vervanging lichtmasten.
In de jaren 1973 en 1974 is op het gedeelte van de Glipper Dreef
ten noorden van de Van Merlenvaart en ten zuiden van de Dr. Schaep-
manlaan de openbare verlichting vervangen door lichtmasten van 7 me-
ter met HPL 125 watt lampen. Omdat destijds ai sprake was van het
rekonstrueren van het gedeelte van de Glipper Dreef langs "het land
van Schie" is in afwachting hiervan de oude TL-verlichting gehand-
haafd.
Enkele jaren geleden zijn in het kader van de energiebesparing de
HPL 125 watt lampen vervangen door SON 70 watt lampen. Gezien de ge-
wijzigde situatie op de Glipper Dreef is het des te noodzakelijker
dat de thans aanwezige openbare verlichting wordt aangepast.
De huidige TL-verlichting wordt vervangen door lichtmasten van 7 me-
ter met daarop armaturen voor SON 70 watt lampen, waardoor de gehe-
le Glipper Dreef op uniforme wijze verlicht zal zijn.
Het plan is behandeld tijdens een inspraakavond. Als voornaamste bezwaar
is door bewoners van Merlenhoven aangevoerd dat het vrijliggende fiets-
pad ter hoogte van de bebouwing van het noordelijke gedeelte van die wijk
is gesitueerd direkt naast het voetpad dat dienst doet als achterontslui-
ting van de tuinen, waardoor de veiligheid, de privacy en de rust zouden
worden aangetast.
In verband hiermede is het aanvankelijk geprojekteerde 1.80 m brede voet-
pad verbreed tot 2.40 m, waarbij ter plaatse van de betrokken achtertui-
nen tussen het voetpad en het fietspad een afscheidende voorziening zal
worden aangebracht. Daarnaast zal ook de wijze van uitvoering van het
fletspad een bijdrage leveren aan de veiligheid; de kleur en de bestra-
ting wijken namelijk af van de grijze voetpadbestrating en het fietspad
ligt niet op dezelfde hoogte als het voetpad. Verder wijzen wij erop dat
bij de opzet van het noordelijke deel van Merlenhoven als uitgangspunt
heeft gegolden dat een strook van 26 m breedte, gerekend vanaf de omhei-
ning van Groenendaalgereserveerd zou zijn voor de (verbrede) Glipper
DreefOm te voorkomen dat zeer kleine achtertuinen zouden ontstaan,
heeft de bouwondernemer destijds voorgesteld de achtertuinen maximaal
-4-