4e e a,:d' 27 augustus 1987 gj VII. Resultaten van het overieq ex artikel 8 B.R.O. In het kader van het overleg ex artikel 8 van het Besluit op de Ruimtelijke Ordenmg îs het ontwerp-bestemmingsplan aan de volgende instanties toegezon- 1. Eerstaanwezend ingenieur der Genie; 2. Rijkskonsulent voor HandelAmbacht en Diensten in Noord-Holland; 3. Het dagelijks bestuur van het gewest Kennemerland; 4. Het Hoogheemraadschap van Rijnland; 5. Hoofdingenieur-Direkteur, tevens Inspekteur van de Volkshuisvestinq in de provincie Noord-Holland; 6. Hoofdingenieur-Direkteur van de Rijkswaterstaat in de direktie Noord- Holland; 7. Hoofdingenieur-Direkteur van de Provinciale Waterstaat Noord-Holland; Inspekteur van dé Ruimtelijke Ordening in de provincies Utrecht en Noord- Holland; 9. Inspekteur van de Volksgezondheid voor de hygiëne van het milieu voor Noord-Holland; 10. Provinciale Planologische Dienst; 11. Direkteur van het Ondersteuningsinstituut Noord-Holland; 12. Direktoraal-Generaal Energie van het Ministerie van Ekonomische Zaken; zlken n8ra h6t Staatsbedr1Jf der P-T.T., direktoraat radio- 14. N.V. Nederlartdse Gasunie; 15. Noord-Zuid-Hollandse Vervoermaatschappij n.v.; 16. Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Haarlem e.o.; 17. Kontakt Mi1ieubescherming Noord-Holland; 18. Rijkswaterstaat, dienstkring Haarlem; 19. Het college van burgemeester en wethouders van Haarlem; 20. Provinciale Planologische Commissie. Van de onder nummers 3, 4, 12 en 18 genoemde instanties is geen bericht ont- vangen, zodat - gelet op de aanbiedingsbrief - aangenomen mag worden dat het plan hen geen aanleiding geeft tot het maken van opmerkingen. De onder 1, 6, 8, 13, 14, 15, 17 en 19 genoemde instanties hebben dit schrif- teiijk bericht. De overige instanties hebben gereageerd zoals hierna is weergegeven. Waar deze reakties een antwoord verlangen, is bij de betreffende passages daarop inge- gaan Rijkskonsulent voor HandelAmbacht en Diensten in Noord-Hol1and. Do°r deze instantie is bij brief van 28 april 1986 als volgt gereageerd: Op de gronden met de bestenming "Bedrijven" zijn op grond van artikel 8 bedrij ven toegestaan die genoemd zijn in de kategorieën 1 en 2 van de Staat van In- nchtingen. Daar-mee zijn alle andere bedrijven uitgesloten. Terwille van de tlexibiIiteit verdient het aanbeveling een vrijstel1ingsmogelijkheid op te ne- men voor bedrijven die vermeld zijn in kategorie 3, indien deze bedrijven naar soort en hoedamgheid van werkzaamheden op het punt van mi 1 ieuhinderas- pekten vergeljkbaar zijn met de bedrijven uit de toegestane kategorieën. 2. 78

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1987 | | pagina 78