24 september 1987 216
laten spelen. Spreekster heeft respect voor wat er het afgelopen jaar
op de scholen is gebeurd, waardoor de completering van die apparatuur
een goede bestemming zal vinden. Men heeft zich daar ook terdege op voor-
bereid, zodat middels het cursuspakket dat in dit voorstel zit het ent-
housiasme nog vergroot zal worden om met de computer aan het werk te gaan.
Zij is ervan overtuigd dat er zeker een structurele planning voor de ko-
mende jaren nodig is en zij kan dan ook de opmerking "jong geleerd, oud
gedaan" van harte ondersteunen. Zo is het nu eenmaal in deze maatschappij
met de computers en dat geldt zeker voor de basisscholen.
Wethouder Baar merkt op dat men aan het begin van de raadsperiode te
maken had met een aantal beleidsintentiesdoor de raad geformuleerd en
vastgesteld en aan het college voorgelegd als een opdracht om ze uit te
voeren. In tegenstel1ing tot alle andere projekten die op de lijst staan,
hingen daar geen prijskaartjes aan en het college voelde aan dat daar
een spanning dreigde te ontstaan. De vraag rees of het niet verstandig
zou zijn om een bepaald bedrag per jaar te reserveren. Dat verhaal is
ook de heer Van Schalkwijk bekend. Het college heeft gezegd - en dat was
uiteraard volkomen arbitrair, want wie zal aan het begin van de periode
precies kunnen zeggen hoeveel éën en ander gaat kosten - laten we daar
30.000,voor uittrekken. Als men zich dan afvraagt waarvoor dat geld
nodig is dan zou dat wel eens in het bijzonder kunnen zijn in die geval-
len dat er extern capaciteit moet worden ingehuurd. Zo heeft het college
het ook aan de raad gepresenteerd en dat is ook het meest duidelijke en
sprekende voorbeeld dat aan de raad is voorgelegd.
Nu zal men zeggen dat bij dit computeronderwijs van externe capaciteit
geen sprake is. Daar heeft de heer Van Schalkwijk volstrekt gelijk in.
De vraag is dus of een zaak als deze, voortvloeiend ter uitvoering van
een beleidsintentie, dan toch niet uit die 30.000,-- mag worden gedekt
en of men de strenge beperking van de externe capaciteit daarbij moet
hanteren. Die discussie is ook in de comaissie financiën geweest. In de
beleving van het college was die 30.000,ook bedoeld voor eventuele
kleine investeringen. Dat heeft men ook in de aanbiedingsnota vorig jaar
kunnen lezen; hoge investeringen zullen daar zeker niet uit kunnen wor-
den bestreden. Uit die benadering kan men impliciet opmaken dat het col-
lege aan lage investeringen als een mogelijkheid wel heeft gedacht.
Spreker zou dan ook het computeronderwijs willen beschouwen als een la-
gere investering. Het alternatief is natuurlijk dat als men de uitvoe-
ring van die beleidsintentie niet uit dit bedrag mag putten men het uit
een andere reserve zou moeten halen, maar spreker denkt dat als het col-
lege met een voorstel was gekomen om het uit een andere reserve te halen,
het dan minstens zo oneigenlijk zou zijn geweest als het voorstel om het
uit de reserve 30.000,per jaar beleidsintenties te halen.
Als de heer Van Schalkwijk vraagt of de raad nog meer van dit soort voor-
stellen kan verwachten, dat weet spreker dat niet te beantwoorden. In de
benadering van het college, zoals dat ook vorig jaar in de richting van
de raad heeft plaatsgevonden en waarbij gezegd is dat het college bij
dit bedrag bepaald niet denkt aan het doen van hoge investeringen, heeft
spreker de indruk dat dit soort voorvallen zich niet veelvuldig zullen
voordoen, maar dat is ook niet meer dan een indruk.
De heer Van Schalkwijk heeft zeker niet de bedoeling een stuk finan-
ciële starheid te introduceren; enige flexibiliteit moet er inderdaad
zijn. Daarom kan zijn fraktie zich uiteindelijk vinden in het voorstel
en de wijze waarop het gedekt is. Maar waar het meer om gaat is, dat
