Wo
17 december 1987
141
Zoals reclamant in zijn bezwaarschrift zelf al aangeeft, is ninmer en
zeker niet van gemeentewege een absolute garantie verstrekt dat het be-
treffende gebied de bestemming zou behouden die het had ten tijde van
aankoop van de woningen aan de Eemlaan. Planologische inzichten kunnen
zich als gevolg van veranderde omstandigheden en ruimtelijke behoeften
wi jzigen.
De bouwvergunning waar reclamant op doelt dateert van 18 september 1984.
Eerst eind 1985 is in principe bereidheid uitgesproken tot medewerking
aan een bestemmingsplanwijziging.
De besteimiing "openbare groenvoorzieningen" voor de betreffende strook
grond welke zich in oostelijke richting langs de gehele nieuwbouwwijk
uitstrekt, is er juist op gericht visuele hinder en verlies van privacy
voor de bestaande woningen tot een minimum te reduceren. Hierbij zal ge-
bruik gemaakt worden van dichte begroeiing waarover nog nader overleg
gevoerd zal worden met de betrokken bewoners.
Aanpassing van artikel 11 en met name de leden 2, 3 en 4, wordt dan ook
gelet op het feit dat het hier geen particuliere grond betreft niet no-
dig geacht.
9. Mevrouw A.C. v.d. Aar-van Vuot.
Reclamante maakt, mede namens andere niet nader genoemde buurtbewoners,
bezwaar tegen de voorgenomen ontsluitingsroute, waardoor een toenemend
aantal auto's langs haar huis geleid wordt.
De toename van het verkeer zal levensgevaarlijke situaties, met name
v°or de oudere bewoners van de aan het Merwedeplantsoen gesitueerde
flats doen ontstaan.
Gevreesd wordt dat de gevaarlijk wordende verkeerssituatie ook in omlig-
gende straten van het Merwedeplantsoen, zoals de Schielaan, Rijnlaan,
Maaslaan en Scheldelaan het woongenot zal aantasten. Reeds nu wordt al
heel veel last van het verkeer ondervonden; een toename is onaanvaard-
baar.
De voorgenomen ontsluitingsroute zalzoals eerder al gesteld, leiden tot
een toename van het aantal verkeersbewegingen in de Rivierenwijk en met
name in de Rijnlaan. De uiteindelijke intensiteit in de Rijnlaan zal
-10-