Wo 17 december 1987 141 In de toelichting is aangegeven dat het hier een van de laatste lokaties betreft waar complexgewijze woningbouw mogelijk is zonder aantasting van landschappelijke kwaliteiten. Daarnaast wordt door de bebouwing van het gebied de stedebouwkundige afronding bewerkstelligd van het aangrenzende woongebied. Daar het voorgenomen bouwplan niet in overeenstemming is met het in de laatste fase na vaststelling van het streekplan TUnsterdam-Noordzeekanaalgebied en ook niet wordt aangetoond waarom een afwijking verdedigbaar zou zijn, geeft de Inspecteur in overweging in het bestemmingsplan de volgens het streekplan geëigende bestemming op te nemen. Ten aanzien van de relatie tot het streekplan wordt verwezen naar het terzake gestelde bij de overleg- reaktie van de direkteur PPD Noord-Holland. 4. Hoofdingenieur-Direkteur van de Rijkswaterstaat in de direktie Noord-Holland De direkteur merkt op dat het plan voorziet in een ontslui- ting voor voetgangers naar de Herenweg. Voor het realiseren van deze ontsluiting is op grond van de verkeerswet tegen lintbebouwing een ontheffinf vereist. Deze zal in principe worden verleend. Van de opmerking is nota genomen. Te zijner tijd zal bij de verdere uitwerking van het stedebouwkundig plan hierop terug worden gekomen. 5. Provinciale Waterstaat van Noord-Holland De direkteur heeft een aantal opmerkingen ten aanzien van de verkeersintensiteiten en ten aanzien van het verkeerslawaai. Ten aanzien van de verkeersintensiteiten wordt gesteld de prognose aan te houden die ook in het streekplan A.N.Z.K.G. zijn aangehouden en de categorie-verdeling nachtuur-percen- tage aan te passen. Deze veranderingen hebben uiteindelijk geen gevolgen voor de thans berekende geluidbelasting. Tevens wordt verzocht de toelichting aan te passen op het punt van de geluidnivo's wanner sprake is van een zogenaamde saneringssituatie De toelichting is op dit punt aangepast. Ten aanzien van de voorschriften wordt nog verzocht de zinsnede "de Wet geluidhinder" in art. 5 lid 7 te laten vervallen aangezien het oprichten van A-inrichtingen in lid 3 van art. 5 wordt uitgesloten. De voorschriften zijn op dit punt aangepast. Tenslotte merkt de direkteur op dat hogere peilen dan het in -87-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1987 | | pagina 89