10
28 januari 1988
deceinber is ingediertd. Optrekking van alle bedragen nret 1.000,-- en wat
blijkt, als in december de raad in meerderheid dat voorstel had aangeno-
men. Dat had ertoe geleid dat, voorzover men de zaken kan beoordelen,
S 30.000,-- was overgehouden. Men kan het er dus over eens zijn dat het
goed is dat dat nog eens bekeken is. En dan blijkt, als men alle cijfers
op een rij zet, dat een beeld ontstaat zoals mevrouw Beets ten dele ge-
schetst heeft. Er is sprake van een duidelijk remmende werkirig, zo mag
men tenminste concluderen uit de cijfers; die remmende werking wordt
voor een deel gecompenseerd door het feit dat nu alle woningen onder de
regeling vallen, ook grotere woningen en dan rrog blijft er geld over.
Omdat er in 1988 meer geld is dan in 1987, is het niet onlogisch dat dan
van ambtelijke zijde wordt voorgesteld om, enerzijds rekening houdend
met de wens van de meerderheid van de raad om iets van de inkomenstoets
overeind te houden in de regeling, die alleen van toepassing te laten
zijn op de geriefsverbetering en anderzijds op een aantal bouwkundige
werkzaamhedende bedragen op te trekken om zo toch in samenhang tot een
stelsel-regeling te komen waarbij men er vanuit mag gaan, dat men het
budget opmaakt. Dat leidde tot een verdeeld college-standpunt; spreek-
ster zal zich niet uitlaten over het beleid van het college in het vol-
gend jaar. De secretaris waarschuwt haar geregeld dat zij niet over het
graf heen mag regeren en dat zal zij dus zeker niet op dit onderdeel
doen, dus dat laat zij in het midden. Zij denkt dat er op dit punt spra-
ke is van een verschil van inzicht, maar niemand maakt op dit rnoment
zijn keuze zonder degelijk geïnformeerd te zijn over de consequenties.
De heer Divendal heeft gevraagd of er in 1987 gebruik is gemaakt van de
hardheidsclausule. Dat is niet het geval
Op een vraag van mevrouw Beets antwoordt spreekster dat als het bedrag
niet opgemaakt wordt in 1988, het dan inderdaad terugvloeit naar de pro-
vincie en daf dat zelfs in de loop van het jaar zal gebeuren en dat dit
dan in mindering wordt gebracht op een volgend jaar. Op de vraag naar
de stand van zaken in Bergen op Zoom zegt zij dat Bergen op Zoom een re-
geling heeft die geheel vergelijkbaar is met de wijziging die de raad
vanavond op tafel heeft aangetroffen. Daarvan werd gesteld in het eerde-
re advies, dat G.S. van Noord-Brabant die regeling ter vernietiging had
voorgedragen aan de Kroon. Het college heeft geïnformeerd of daar al een
uitspraak in gedaan is. Dat is niet het gevaldie uitspraak komt er ook
niet, zo werd medegedeeld, want nadat het gemeentebestuur van Bergen op
Zoom eerst met de provincie gepraat had maar vervolgens met de deskundige
op het departement, is men in Bergen op Zoom ervan overtuigd geraakt dat
er 100% kans bestond op vernietiging en aangezien dat zou kunnen beteke-
nen dat men dan halverwege het jaar helemaal zonder regeling zat, heeft
men de eer aan zichzelf gehouden en de regeling zelf ingetrokken.
Mevrouw De Zwart heeft weinig toe te voegen aan hetgeen zij al heeft
gezegd. Zij merkt nog op dat op pagina 2, onder artikel 4, punt 2, wordt
gesproker. over isolerende voorzieningen, over al dari niet geluiddempende
ventilatie-eenheden en daar staat wederom per strekkende meter, terwijl
in het 2e gewijzigde exemplaar al over per stuk werd gesproken. Zij neemt
aan dat dit. a slip of the pen is. Op de laatste pagina, artikel 8, on-
der d, staat dat de verordening in werking treedt op 1 februari. Zij meent
dat dit iri de comniissie was besproken en dat ook in het 2e gewijzigde
exemplaar 1 januari stond vermeld.
Wethouder mevrouw Bierman heeft in de coinnissie gezegd dat het colle-
ge zal bekijken of het kan en het gaat er nu vanuit dat het inderdaad kan.