APZ
25 februari 1988
26
Verder is het de exploitant van een speelautomatenhal verboden personen
beneden de leeftijd van 16 jaar toegang te verlenen, maar van dit verbod
geldt vrijstelling voor hallen waarin uitsluitend behendigheidsauto-
automaten zijn opgesteld en voor de afzonderlijke, van de rest van een
hal afgescheiden ruimte met een aparte in- en uitgang waar alleen behendig-
heidsautomaten zijn opgesteld.
Op grond van het oude, thans vervallen artikel 30 van de Wet op de Kans-
spelen berustte het beleid met betrekking tot de speelautomaten geheel
bij de burgemeester. ilij voerde daarbij het volgende beleid:
- per horeca-inrichting worden maximaal twee speelautomaten toegestaan;
- in de hele gemeente mag slechts ëén automatenhal worden geëxploiteerd
met daar in ten hoogste 40 automaten; deze hal mag alleen in het cen-
trum van de gemeente staan op een plaats waar overwegend de aanwezige
percelen een winkelbestemming hebben; de duur van de vergunning is maxi-
maal een jaar.
Zoals hiervoor is aangegeven, kan ingevolge de nieuwe wettelijke regeling
een vergunning voor een speelautomatenhal alleen worden verleend voor zover
er een gemeentelijke verordening bestaat.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft een model-verordening opge-
steld met betrekking tot speelautomatenhallen. Wij achten het gewenst dat
een verordening overeenkomstig dat model wordt vastgesteld, waarin o.m.
wordt bepaald dat voor maximaal één speelautomatenhal vergunning kan worden
verleend en wel voor het gedeelte van de Binnenweg met aangrenzende panden
dat aangegeven is op de voor u ter inzage gelegde kaart.
Een ontwerp-verordening bieden wij u hierbij ter vaststelling aan.
Het genoemde modelwaarbij een toelichting is gevoegd, is voor u ter
inzage gelegd.
Wij merken nog op dat de burgemeester voornemens is voor het overige
het beleid met betrekking tot speelautomaten zoveel mogelijk te conti-
nueren (per horeca-inrichting maximaal twee automaten; vergunning te
verlenen voor een jaar).
- 2 -
