APZ 26 mei 1988 58 a, b
NIEUWE RECHTSPOSITIEREGELING VRMWILLIGERS DIJ DE GEMEEHTEL IJKF
BRANOWEER; NIEUWE VERGOEDINGSREGELING VRIJWILl IGE BRANDWEER
Heemstede, 3 inei 1988.
Aan de raad,
Het college voor Arbeidszaken van de Vereniging van Nederlandse Gemeen-
ten heeft vorig jaar een herziene model-regeling rechtspositie vrijwil-
ligers bij de gemeentelijke brandweer vastgesteld.
De uit 1971 daterende model-regeling is aangepast aan de eisen van deze
tijd. De organisaties van overheidspersoneel stemmen met dit model in.
De belangrijkste wijzigingen t.o.v. het vorige model worden hieronder
samengevat.
Sterker dan voorheen wordt er thans de nadruk opgelegd dat de vrijwilli-
ger bij de gemeentelijke brandweer ambtenaar is in de zin van de Ambte-
narenwet 1929, uiteraard voorzover de brandweerdienst betreft.
Gekozen is voor de voormalige redactie van het hoofdstuk "Aanspraken bij
ongevalHiermee komt men terug op de circulaire van 14 juni 1985, OPZ/
54145. Daarin was voorgesteld om belastingtechnische redenen de premie
voor een ongevallenverzekering door de vrijwilliger zelf te doen betalen.
Een kapitaaluitkering zou dan na overlijden van een vrijwilliger in brand-
weerdienst onbelast blijven. Enige inspecteurs van belastingen maakt hier-
tegen echter bezwaar. Het college voor Arbeidszaken van de V.N.G. is van
mening dat de aard der zaak het niet toelaat te wachten tot zich mogelij-
ke jurisprudentie over deze inaterie heeft, gevormd en daarom is voorshands
weer de oude redactie gekozen.
Regel is dat de vrijwilliger ongeacht zijn rang in beginsel op 55-jarige
leeftijd eervol ontslag krijgt. Het was echter mogelijk dat het ontslag
onder voorwaarden werd opgeschort tot het bereiken van de 65-jarige leef-
tijd. Deze grens is thans gelegd bij de VUT-gerechtigde leeftijd.
De model-regel ing kan naar ons oordeel worden overgenomen behouderis enke-
le aanpassingen en aanvul1ingen. In artikel 1 dient o.i. tot uitdrukking
te komen dat onder "vrijwi11iger" ook een "brandweervrouw" wordt begrepen.
-1-