I
wo
27 oktober 1988 105
ARTIKEL 19 ALGEMENE VRIJSTELLINGEN
1. Burgemeester en wethouders zljn bevoegd vrijstelling te verlenen van de be-
a^het^bouwen^van^kleine niet voor bewoning bestemde bouwwerken ten behoeve
van openbare nutsbedrijven en/of van andere naar doels"*""«
gelijkbare instellingen, zoals transformatorhuisjesschakelhuisjesge
maalgebouwtjestelefooncellen en wachthuisjes voor verkeerdiensten, mits
deze nlet groter zljn dan 50 m3 en de bouwhoogte niet meer bedraagt
b hêt"bouwenvan bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die om waterstaatkundige
of verkeersredenen noodzakelijk zijn, zoals duikers en keermuren;
c. geringe veranderingen in de tracé's van wegen en de aa"Paaal"8"il-
de ligging en de vorm van bestemmingsgrenzenindien bij definitieve ult
meting blijktdat een weg als gevolg van de werkelijke toestand van het
terrein slechts kan worden uitgevoerd als op ondergeschikte punten van het
plan wordt afgeweken, met dien verstande dat het trace van een weg alsmede
de bestemminggrens ten hoogste 2.00 meter mag worden verlegd;
d afwijkingen van de bij de bestemmingen Woondoeleinden en Erf behore
oppervlakten, hoogtes en maten teneinde de uitvoering van een bouwplan
mogelijk te maken, mits de afwijkingen niet meer bedragen dan 10*.
2 F.en besluit tot vrijstelling als bedoeld in lid 1 onder a en d wordt niet ge
nomendan nadat de commlssie voor ruimtelijke ordening en ^ol^shui"ve®^"®.
is gehoord en dan nadat belanghebbenden gedurende 14 dagen in de gelegenheid
zijn gesteld daartegen schriftelijk bezwaren in te dienen.
- 33 -