FIN
25 november 1988
123
6 3 4 een inrichting waarin brandbare vloeistoffen worden gebez.gd
en/of opgeslagen, waarvan het ontvlanningspunt, bepaald met
het toestel van Abel Penskey, bij een druk van 101325 Pa. lager
is dan 55 graden Celcius in tanks en dergelijke:
a. bovengronds met een gezamenlijke inhoud van
meerdan 300 liter, doch minder dan 6°0 liter
meer dan 600 liter, doch minder dan 20.000 liter
TOer dan 20.000 liter, doch minder dan 50.000 liter
meer dan 50.000 liter, doch minder dan 100.000 liter
meer dan 100.000 liter, doch minder dan 1.000.000 liter f 576,40
meer dan 1.000.000 liter, doch minder dan 10.000.000 liter f 964,80
voor elke 1.000.000 liter of deel daarvan meer 1 100,25
b. ondergronds met een gezamenlijke inhoud van
meer dan 300 liter, doch minder dan 600 1iterf 55,15;
meer dan 600 liter, doch minder dan 20.000 liter 110,30,
meer dan 20.000 liter, doch minder dan 50.000 liter f 234,30,
meer dan 50.000 liter, doch minder dan 100.000 liter 457,35;
voor elke 50.000 liter of deel daarvan meer öz,/u,
6.3.5 een inrichting waarin stoom- of dampketels, danwel ovens, worden
gebezigd met een gezamenlijk vermogen tot 130 kW 55,15;
meer dan 130 kVJ, doch minder dan 2.500 kW 112,80;
meer dan 2.500 kW
6.3.6 een inrichting als bedoeld in artikel 1, sub Vllla, van het
Hinderbesluit met een bedrijfsoppervlakte van
meer dan 100 m2, doch minder dan 250 m2 137,80;
meer dan 250 m2, doch minder dan 500 m2 275,60;
voor elke 100 m2 of deel daarvan meer 35,05.
6.4 indien een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning
als in dit hoofdstuk bedoeld:
6.4.1 overeenkomstig artikel 9 Wet algemene bepalingen milieu-
hygiëne niet ontvankelijk wordt verklaard, wordt op
verzoek teruggaaf van 90% van de geheven leges verleend;
-21-
•f ö9 7n
