WE
25 november 1988
129
lid lb.
Artikel 23 van de w.g.r. is van overeenkomstige toepassing.
Lid 2.
In een besloten vergadering wordt niet beraadslaagdnoch een besluit
genomen over:
a) het vaststellen of wijzigen van de begroting;
b) het voorlopig vaststellen van de rekening;
c) het vaststellen, wijzigen of intrekken van verordeningen;
d) het opheffen van de regeling overeenkomstig artikel 40.
Lid 3.
In een besloten vergadering wordt in ieder geval geen besluit genomen
over:
a) het doen van een uitgaaf voordat de begroting of begrotingswijzi-
ging, waarbij deze uitgaaf is geraamd, is goedgekeurd;
b) het oprichten van of deelnemen in stichtingen, maatschappenvennoot-
schappen en coöperatieve of andere verenigingen dan wel het ontbinden
daarvan of het beëindigen van deelneming;
chet aangaan van geldleningen en van rekening-courant-overeenkomsten;
d) het uitlenen van gelden en het waarborgen van geldelijke verplichtin-
gen door anderen aan te gaan;
e) het vervreemden of bezwaren van goederen van de C.P.A. Kennemerland.
Artikel 9.
Lid 1.
Elk lid van het algemeen bestuur heeft in de vergadering van het alge-
meen bestuur één stem.
Lid 2.
De artikelen 46 tot en met 48, 52 tot en met 59 en 72, tweede, derde en
vierde lid van de gemeentewet zijn, voorzover daarvan bij de Wet gemeen-
schappelijke regelingen niet is afgeweken, op het houden van en de orde
van de vergaderingen van het algemeen bestuur van overeenkomstige toe-
passing.
-8-