UE 25 nuvember 1988 129
Huofdsiuk VI. De voorzitter.
Artikel 24.
Lid 1.
Het algemeen bestuur benoemt uit de leden, bedoeld în artikel 5 tweede
lid onder a en b een voorzitter en een plaatsvervangend vooizitter die
hun functie bekleden zowel in het algemeen bestuin als îri iiet dagelijks
bestuur.
Lid 2.
Het algemeen bestuur beslist omtrent scliorsing en ontslag van de voorzit-
ter en de plaatsvervangend voorzitter.
Artikel 25.
Lid 1.
De voorzitter oefent de bevoegdheden uit bij of krachtens de Wet Ainbulan-
cevervoer toegekend aan de burgemeester; daarnaast is aan de voorzitter
de leiding van de vergadering van het algemeen bestuur en het dagelijks
bestuur opgedragen.
Lid 2.
Onverminderd hetgeen de regeling te dien aanzien ovengens bepaalt is de
voorzitter belast met:
a) het ter tafel brengen van alle tot het algemeen en het dagelijks be-
stuur gerichte brieven en andere stukken in de vergadering, waar zij
behoren;
b) het zorgdragen voor de uitvoering van de besluiten van het algemeen
en het dagelijks bestuur;
c) het zo nodig instellen van een voorlopig onderzoek, voordat bepaalde
zaken ter overweging en beslissing worden voorgelegd aan het algemeen
en dagelijks bestuur.
Lid 3.
De voorzitter tekent de stukken die van het algemeen en het dayelijks be-
stuur uitgaan.
-15-
