343
25 november 1988
Vervolgens hoort zij een hele tijd niets en had zij zich wild geërgerd;
dat wi1 zij best toegeven. Oan krijgt zij begin oktober een brief van de
gemeente waarin wordt gezegd - zij stelt dat zij ook nog in de waan ver-
keerd zou hebben, dat zij bezwaar gemaakt zou hebben tegen het ontwerp-
bestemmingsplan - dat de beantwoording van de reaktie vertraagd is, maar
dat zij geen bezwaren heeft gemaakt tegen de bestemmingsplanprocedure.
Dan had zij dat toch op zijn minst aan de gemeente laten weten. Dan had
zij ôf de telefoon gepakt ôf een briefje geschreven, öf zij was op de
avond, waar het ontwerp-bestemmingsplan behandeld was, verschenen en had
haar frustraties, boosheid of verbazing misschien, geuit over de handel-
wijze van de gemeente.
Wat dat betreft heeft het college geen enkel signaai ontvangen. Daarmee
wil zij het niet afdoen, maar dat geeft toch wel aan, dat de mensen die
deze brief ontvangen hebben, blijkbaar geen behoefte hebben gehad daarop
te reageren.
De heer Divendal begrijpt dat mevrouw Beets het er mee eens is dat
dit soort dingen niet zo hadden mogen lopen. Hoe zij het zelf gedaan zou
hebben, spreker denkt dat dit nu precies het punt is; daarvoor is mevrouw
Beets ook inmiddels wethouder geworden. Als men weet dat nog maar onge-
veer 10% van de bevolking politiek aktief is en dat 1% lid is van een
politieke partij, dan denkt hij dat de reaktie van mensen die bijvoor-
beeld op de Prinsenlaan wonen, eerder gezien moet worden in het kader
van andere geluiden die men hoort: het heeft toch allemaal geen zin,
want ze doen maar. Het zich aktief opstellen in de raad vraagt wat van
mensen en dat is iets dat ook zijn fraktie zorgen baart, maar om er
vanuit te gaan dat andere mensen zo zouden handelen als jezelf doet, dat
gaat haar te ver. De vraag die spreker gesteld had is misschien meer
richting voorzitter; deze vraag zal misschien op ôen ander tijdstip eens
aan de orde moeten komen in de commissie AZ. Spreker bedoelt de vraag
hoe men kan omgaan met bezwaren, bijvoorbeeld als bewoners een brief
sturen naar de gemeente waar zij bezwaarschrift boven zetten en waar
zij ingaan op een bouwplan. De inhoud van de brief heeft raakvlakken
met een bestemmingsplan dat een maand later in procedure komt. Is de
gemeente dan bereid met die bewoners te overleggen of hun eerder ge-
schreven brief gekenmerkt moet worden als een bezwaarschrift in de be-
stemmingsplan-procedure?
De voorzitter vindt dat een vraag waarover in de commissie AZ
verder gesproken zal worden.
Wethouder mevrouw Beets merkt nog op dat toen zij zich voorstelde
aan de Prinsenlaan, zij dat deed in haar minst assertieve opstelling.
Verder heeft zij, want zij heeft wel eerder kontakt gehad met de om-
wonenden aan de Prinsenlaan, niet de indruk dat het hier om mensen ging
die niet in staat zouden zijn voor zichzelf op te komen.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
XIII. Opheffinq gemeenschappelijke regeling Woonwagenschap Zuid-
Kennemerland (volgnr. 128)