25 november 1988
310
standig is om die maatregelen te nemen die men wel kan nemen, om althans
te vermijden dat nieuwe woonschepen hun ligplaats daar zoeken. Hij neemt
aan dat de gemeente stukken van de haven kan blokkeren door het heien van
palen en het leggen van bomen in het water.
De voorzitter antwoordt dat de bedoeling is dat er een jachthaven
komt. Hij denkt dat er binnenkort een mogelijkheid gaat komen waardoor
de gemeente krachtdadiger naar die uiteindelijke bestenming toe kan gaan,
als het inderdaad een jachthaven wordt en dat men het dan ook als jacht-
haven kan inrichten. Maar dan moeten de woonschepen hoe dan ook weg.
De heer B1eekemolen zegt dat de besluitvorming over de jachthaven nog
moet plaatsvinden; er is nog niets geregeld op dat punt.
De voorzitter: "We wachten op een bepaalde situatie".
De heer Bleekemolen: "Het betekent wel dat er waarschijnlijk nog ja-
ren over heen gaan".
De voorzitter: "Nee, dat is nu juist wat ik bedoelde".
De heer Van Schalkwijk is wat verbaasd over de uitspraak die de voor-
zitter nu doet, dat het de bedoeling is dat daar een jachthaven komt.
Naar aanleiding van hetgeen in de commissie financiën aan de orde is ge-
weest, is spreker nog eens gaan nazoeken en inderdaad staat in het ver-
kiezingsprogramma van de V.V.D. dat daar een jachthaven zou moeten komen.
Spreker denkt dat over de keuzes die men daar moet maken, nog eens ge-
praat moet wnrden. Natuurlijk zal er wel wat in het bestemmingsplan ge-
regeld zijn, op welke wijze men dat feitelijk invoert en wat voor keuzes
men daarbij moet maken, daar staat de raad nog een keer bij stil.
Hij hoopt dat het geen Monte Carlo wordt.
Wethouder mevrouw Beets merkt op dat het bestemmingsplan spreekt van
de bestemming water. Er zit een wijzigingsbevoegdheid in ten behoeve van
een jachthaven. Dat is de enige uitspraak die daar op dit moment over
ligt en verder zal de gemeente zich naar aanleiding daarvan en van de nu
ontstane situatie, verder moeten beraden.
De heer Bleekemolen is bang dat door hetgeen nu over de tafel is ge-
gaan, zijn idee om te voorkomen dat nieuwe woonschepen hun ligplaats
daar zoeken, enigszins de mist ingaat. Hij geeft in overweging te onder-
zoeken of dat inderdaad mogelijk is.
De voorzitter wijst erop dat als er een boot aan komt, een plezier-
b°°t of wat dan ook - de grens is soms moeilijk te trekken - dat volko-
men legaal is. Dat moet men zich goed realiseren. Als men daar een paar
nachten wi1 gaan liggen met een boot, dan kan dat; men mag er niet in
slapen.
De heer Bleekemolen vraaqt of hij hieruit moet concluderen dat ieder
woonschip op elk punt in de gemeente kan gaan aanleggen en daar kan blij-
ven liggen.
De voorzitter zegt dat het probleem van een wijdere strekking is dan
fl"oen de haven, dat betreft ook de hele toegangsweg naar het Spaarne.
