WWMl
WE
22 februari 1990
11
BESLUIT
de bedragen als bedoeld in artikel 102, le lid, onder a
tot en met d van de Wet op het Basisonderwijsvoor het
kalenderjaar 1985 (augustus tot en met december), als
volgt vast te stellen;
a. werkelijke uitgaven
art102, lid 1, sub a WBO) 181.029,58
b. bedrag van voorlopig beschikbare
vergoeding art102, le lid,sub c WBO) 130.849,92
-bedrag waarmee de beschikbare vergoe-
ding de uitgaven overschrijdt
-bedrag waarmee de kosten de voorlopig
beschikbaar gestelde vergoeding
overschrijden
50 179 66
c. bedrag van aanvullende ontvangsten
(artikel 102, lid 1, sub c WBO)
d. staat van getroffen voorzieningen ten
behoeve van het openbaar basisonderwijs
(artikel 102, lid 1, sub d WBO)
-vernieuwing/vervanging/onderwijsleerpkt
storting
onttrekking
1693996
Heemstede, 22 februari 1990
t a r s
De raad voornoemd,
De voorzitter.
6 -