251
29 november 1990
Îianlnl zeer belnngrijke hol eidst errei nen weinig t.ot sl and is gekomen en
dnt hecft niets met eigen nest t>evui len te maken en dat heert ook niets
t.e inaken met liet zwarte pieten ui bielen aan een bej*ialde frakt.ie of een
bepaalde geleding in deze raad. Het gaat ercm, dat wij met z'n allen
dat blijkbaar niet goed genoeg hebben kunnen doen in onze ogen en wij
waren daar een partieipant. van."
De heer Bleekemolen: "Tk denk nog steeds, dat we in de
aTgelopen randsperiode van vier jaar ontzettend veel t.ot stand hebben
gehracht. Ook in uw portefeui 1 le. Als ik alleen maar neem de hole
reorganisat ie die in de laatst.e vier jaar is gepasseerd, dan denk ik
dat daar een hoel st.uk werk is verricht en ook op andere terreinen zijn
grot.e
Movrouw Noomian"Maar daar ben ik ook niet ontevreden over.
Het gaat or meer om dat er meer had kunnen gebeuren op belangrijke
bf^leidst.orroinen.
De heer Bleekemolen: "Ik begrijp dat u al leen inaar ont.evreden
bent over het. sooiaal oultureel werk?"
De voorzit.ter merkt. op, dat. het geen debatavond is, maar een
avond over de begrot.ing en de algemene besehouwingen. Dat is in wezen
een dohat tussen het oollege en de raadsfrakties en spreker wi1 er op
wijzen dat het prooedureel onjuist. is wat nu gebeurt. Het. col lege geeft
het. nntwoord op de algemene besohouwingenDe raadsleden geven een
reactie op de beantwooniing van het oollege en dat er zo nu en dan een
schimpsoheut over en weer naar de anderen gaat. kan spreker best
begrijpen, maar het is tooh niet. de bedoel ing van deze avond.
De heer Bleekemolen besluit. met. te zeggen, dat hij het. bepaald
niet eens is met de negatieve wijze, waarop in zijn ogen de PvdA-
fraktie het oollege benadert. Spreker denkt. ook dat het, veel t.e vroeg
is. Er zijn t.hans sleehts zeven maanden verstreken sinds het. college
haar intrede heeft gedaan. Als men dan bedenkt.dat er nog een aantal
zomermaanden tussen zit en als spreker dan ziet. wat. er allemaal wel op
de rails staat., dan is de oonolusie van de WD-fraktie dat. zij tevreden
is met het huidige oollege.
Mevrouw De Zwart zegt. ook het colTege t.e willen bedanken voor
hun degelijke antwoonien. Spreekster is zeer blij met het. verhelderende
hetoog van de wet.houder financiën over een aantal zaken. Hij geeft aan
dat hier en daar mogel ijk zwaar weer op komst zal zijn maar - om in
zei 11ermen t.e hlijven - bet.ekent. dat, dat men soms een kleiner zei 1 t.je
op moet zetten en dat. men aan boord alles goed moet vastbinden.
Dan HKiet men zioh ala overheid wat besoheidener opstellen en kijken of
men soms ook het mes in eigon vlees moet, zetten. Dat kon de heer Baar
\rroeger alt ijd zo plast.isoh uitdrukken en dat is spreekster nog niet.
vergeten. Op de rnag van de heer Bleekemoien wat het CDA bedoelt met
hersohikken en hezuinigen ant.woordt spreekster, dat ook moet worden
gekeken naar wat men zelf kan doen. Maatregelen hiert.oe worden ook ai
in de meerjarenbegrot,ing aangekondigd. Het is niet. de taak van
spreekster om hier kant en klare oplossingen voor t.e geven. Spreekster
denkt., dat het oollege zel f best. in staat. is om met voorbeelden en
voorstellen te komen. Overigens lijkt het alsof de heer Bleekemolen de
algemene beschouwingen van ons al weken in zijn bezit heeft., want hij
gaat, zeer diep op allerlei zaken in. Spreekter zegt ze pas âan het, eind