„heiligen". Vele heiligen, zelfs energieke zoals Theresa van Avila en Ignatius van Loyola hebben bezeten wat de Katholie ke Kerk volgens de traditie vereert als een speciale gena de, nl. de „gift of tears". De melting-mood beheerst bij de ze personen hun leven zonder onderbreking'Tot zover James, (11), Wij zijn hier dus een heel eind verwijderd van de sentimentele tranen der Vroeg-Romantiek en veel dichter bij Dickens, In dit opzicht begrijpen heilige en genie elkaar volkomen. De tijd van Dickens is in de litteratuur die van het roman tisch Realisme en we verwachten in dit tijdperk dus minder tranen dan in de Romantiek, Dit is ook bij Dickens, de prae- realist, het geval. Er vallen minder tranen dan de veelvul dige melo-dramatische gedeelten ons zouden doen verwachten., Niemand stort tranen of wordt verwacht ze te storten bij het einde van Fagin, van Jonas Chuzzlewit, van Ralph Nickleby. Deze boze lieden krijgen hun verdiende straf en zijn geen traan waard, Het is als bij het einde van Macbeth en Lady Macbeth, 1 no room for tears'; wij behoeven niet mede te lijden; de slech ten krijgen hun gerechte straf. Maar wanneer de boze man zich bekeert zoals Scrooge of Dom- bey, zijn de tranen steeds de voorboden van de wendinginhun leven. In de Christmas Carol wordt de keiharde Scrooge door de geest van het verleden teruggevoerd naar de plaats waar hy een kind was. Hij is ontroerd bij alles wat hij ziet, Onder drukte en vergeten emoties dringen zich aan hem op. En dan komt de eerste traan,"Your lip is trembling", said the Ghost, "and what is that upon your cheek?" Scrooge muttered with an unusual catching in his voice that it was a pimple and begged the Ghost to lead him where he would. Even later komt hij in zijn oude school en dan lezen we: 'and he sobbed Maar hij is nog bezig met zichzelf, tot hij plotseling de jon gen voor zich ziet die een Kerstlied voor zijn raam zong. 'I should like to have given him something'Langzaam en gelei delijk ontwaakt zijn ziel. q

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1961 | | pagina 13