11 In Dombey and Son lezen we op de laatste bladzij; Dear grandpapa, why do you cry when you kiss me?' Alleen bij de veranderde Dombey is er 'room for tears Wij zien dus dat het met de sentimentele tranen in de boeken van Dickens erg meevalt, Lamartine, tijdgenoot van Dickens, doet zijn karakters heel wat meer sentimentele tranen storten. Om U een indruk te ge ven van de capaciteiten van de Fransen op dit gebied: Lamartine laat in zijn roman 'Graziella' zijn held op 18-ja rige leeftyd naar Italië gaan. Hij woont daar maanden lang bij een doodarme familie van vissers, in de buurt van Napels. Eén van de drie boeken die hij bij zich heeft is „Paul et Vir- ginie" van Bernardin de St Pierre, waarin held en heldin een idyllisch bestaan leidend op het eiland Reunion, door de wrede maatschappij (in de persoon van de tante van Virginie, die haar naar Parijs ontbiedt met het uitzicht op een grote erfenis) gescheiden worden en van weemoed sterven. Alle an dere personen uit het boek sterven ook van droefheid omdat ze aan de verlokkingen van de fortuin geen weerstand kunnen bieden. Dus alleen maar narigheid. Dit verhaal nu wordt aan de ongeletterde Napolitanen voor gelezen door de 18-jarige jongeling. De grootvader, de groot moeder, de 16-jarige Graziella, haar 12-jarige broer, de Franse jonge man en zijn vriend zijn constant in tranen. Het 16-jarige meisje werpt zich op de knieën, ontrukt hem het boek en kust het. De volgende avond leest hij het boek uit. Snikkend, zonder een woord te kunnen uitbrengen, gaat de hele familie naar bed. Een jaar later sterft het jonge meisje natuurlijk ook van liefdessmart, En dit boekje dateert uit 1852! Vaak probeert Dickens via de humor, de uitbundige lach, zijn lezers op wantoestanden te wijzen. Het is bekend, dat in eerste helft der 19e eeuw het beroep van verpleegster werd uitgeoefend door een betreurenswaar dig slag vrouwen, zonder enige kennis van zaken, gerecru- teerd uit de heffe des volks en veelal aan de drank. Uit deze gegevens schiep Dickens de onsterfelijke Mrs.Gamp, Er is niet één trek in haar karakter die ons redelijkerwijs ook maar enigszins met haar zou kunnen verzoenen; zij is har teloos, wreed, sluw, oneerlijk, gekleed in een haveloze vie-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1961 | | pagina 15