Lach en traan - zij behoren tesamen. Niemand heeft dit ooit schoner uitgedrukt dan Shelley in zijn Skylark, waarin hij de pure, aard-ontheven blijdschap bezingt die het lied van deze vogel draagt: "If we were things born Not to shed a tear I know not how thy joy we ever should come near," Noten: (1) H»Granville Barker* Prefaces to Shakespeare, Third series p.46, note 1, The Merchant of Venice, II, 8 III, 2 IV, 3 II, 4 III, 4 II, 2 HoBrugmans, Crisis en Roeping van het Westen, Tjeenk Willink, Haarlem, 1952° o,c° p*271 Everyman's Library, London, 1932* o.c. p*104 Macmillan, London, 1926° o°Co p° 213, Mentor Books, 1958° o.c. Hoofdstuk 49° o.c. Book II, Part I. Sylvère Monod, Dickens Romancier, p»43, Librairie Hachette 1952° THE READING-CIRCLE OE THE HAGUE* De leeskring te 1s-Gravenhage kan er op bogen de eerste kring te zijn, die binnen de Haarlem Branch werd opgericht. Tot deze oprichting werd besloten in een Branch-vergadering, welke - zeer toepasselijk - te Den Haag werd gehouden op 8 februari 1958° 16

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1961 | | pagina 20