een huis had gehuurd voor Ellen Ternan.
Tot zover is alles eerlijk speurwerk en wij moeten Aylmer de
eer gunnen een nieuw feit uit het leven van Dickens te heb
ben ontdekt.
Maar nu komt hij op een glibberig pad, want hij vraagt zich
af, waarom Dickens, die al sinds 1858 met Ellen omging, eerst
in 1866 er toe over gaat haar in het plaatsje Slough min of
meer te verstoppen.
Dan herinnert hij zich, dat Dickens' dochter Kate gezegd zou
hebben, dat er een kind zou zijn geweest, dat echter jong was
gestorven. Natuurlijk, dat kind was op komst en dus moest El
len aan de nieuwsgierige ogen van haar omgeving worden ont
trokken. Een onderzoek van de agenda toont hem dan dat bij 15
april 1867 het, (door de film „Pickwick Incognito" legenda
risch geworden) woord „Arrival" staat. Voluit geschreven,
terwijl afkortingen gebruik zijn; en nog wel met een hoofdlet
ter „A"13 april is dus de geboortedatum van het kind. Nu
het kind zelf nog gevonden. Ook dit levert geen moeilijkhe
den op, want hij ontdekt, dat een kind is aangegeven, dat op
10 mei zou zijn geboren en de naam Francis Charles Tringham
draagt. Dit kind zou in een bepaald ziekenhuis zyn geboren,
maar de registers van dat ziekenhuis vermeldden (volgens
AYLMER) niets over deze geboorte. Het kind is dus niet op
10 mei geboren, doch op 13 april, en het is onomstotelijk het
tot nog toe onbekende kind van Dickens en Ellen, waarvan zij
dan een valse aangifte doen!
Maar, vraagt men zich af, waarom het kind niet direct aan
gegeven, waarom een maand gewacht? Ook hiervoor is het ant
woord te vinden. Op 9 mei bezochten Dickens en Ellen de
schouwburg in Londen; een kind, dat de volgende dag werd ge
boren, kan dus nooit van Ellen zijn geweest. Maar juist dit
betoog wordt Aylmer noodlottig, want het blijkt, dat hij de
registers niet goed heeft bestudeerd. Deze tonen n.l. heel
duidelijk aan, dat Francis Charles Tringham wel degelijk in
dat ziekenhuis werd geboren op 10 mei. Maar dan kan dat kind
onmogelijk van Ellen zijn, die immers de vorige avond in de
schouwburg zat. Het hele verhaal over het kind stort als een
kaartenhuis in elkaar.
Gewapend met deze wetenschap gaan wij het betoog van Aylmer
wat critischer bezien en komen dan tot enkele vragen.
27