318 weten, zodat ze het uitzicht op een der meestgeliefde natuur verschijnselen niet helemmeren) - en tot Dickens' grote verba zing zag deze dadelijk links, in een klein, aan drie kanten door glas begrensd vertrek de guiti ge Sam ïïeller, nu voorzien van bril en grijs haar;; en gezeten achter een bureau waar hij de ab~ sentenlijsten zat in te vullen, in volslagen tegenstelling met het feit, dat de Bonaventuriaan- se gewelven meestal plegen te dreunen van de door hem zo smaakvol gelanceerde kwinksla gen» Charles was nauwelijks van zijn verbazing bekomen, toen links van ons een lokaal, waar in gewoonlijk een ietwat Germa nistisch georiënteerde sfeer hangt, openging en er een per soon op leeftijd naar buiten trad die opvallende gelijke nis vertoonde met de heer Samuel Pickwick, echter zonder spanbroek en slobkousen. Ademloos -stond Dickens toe te kij ken. Opeens werd hij min of meer omvergelopen door een heer, even boven de middelbare leeftijd (doch volkomen in over eenstemming met de middelbare school in het algemeen en het Bonaventura Lyceum in het bijzonderwaarop over Char les Dickens een stortvloed van de meest verfijnde en ver heven verontschuldigingen (zoalss kijk uit je doppen, oude sufferd) uitgegoten werden. Onze hooggeëerde metgezel wist onmiddellijk, dat dit de heer Pecksniff was, die de arme Tom Pinch altijd zo treffende op diens fouten wees (meest al met slaande argumenten). De tegenwoordige schuilnaam van dit heerschap konden wij Charles natuurlijk niet noemen, daar dit voor de betrokkene natuurlijk zeer pijnlijk geweest zou zijn, doch nog niet half zo pijnlijk als voor ons, daar wij, bij het verstrekken van deze gegevens de schooldie wij zoëven als vriend waren binnengehuppeld, een twee drie

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1967 | | pagina 18