- 46 - Godfried Bomans Charles Dickens, Causerie voor "De Gong" op 19 mei 1942. Zijn geweldige populariteit tijdens zijn leven reeds (de bode tegemoet loopen. Pickwick van 400 op 40.000. Soms sprak hij in kerken). Hoe dit te verklaren De identiteit van een genie met (de traditie van) zijn tijd -vormthaast altijd een tegenstelling. Doch Dickens is de eenige groote dichter van dien eeuw wiens diepste bedoeling samen viel met de geestelijke behoefte van zijn tijd. Zijn romans zijn abso luut identiek met de smaak van het toenmalige Engeland. Zijn werk is de verwerkelijking der Engelsche traditie: humor is Dickens' opmerkings gave, moraal, kortom het levensgevoel dier 60 mi 11ioen menschen. De Engelsche traditie -is -de sterkste en voor de kunst de gevaarlijkste. "Home", de kosmos binnen grenzen. Het Victoriaansche tijdperk tusschen de heroïek van het Napoleontische tijdperk en het komende imperialisme. De menschen waren moe en vol gegeten aan spanning en sensatie. Men wenschte een verteerbare spijs. Shakespeare -is* de tolk van het bloed warme, begeerige, jonge Engeland, Dickens van het zatte Engeland wil geen avonturen en werpt Shelley en Byron uit. Het wenschte van zijn kunst dat het digestief zij. Geen gruwelen, hoogstens griezelen (grüseln). En dit verlangen vindt een genie: Dickens. Home, regen tegen de ruiten - home, de haard. Dickens gaf dat. En hij gaf er nog het krekeltje bij. Die idylle heeft in al zijn geborneerdheid iets schoons. Die schoonheid zag Dickens. Honderd pond in 't jaar, een tuintje. Zijn daad was het de romantiek van de bourgeoisie te ontdekken, de poëzie van het pro zaïsche (Chesterton Dickens ontdekte het aureool wat om de "gewone dingen" glansde. Andere schrijvers gaven helden, ridders of rijke baronnen. Dickens ontdekte den arbeider, de klerk, de pennelikker, de kleine schoolmeesters, de schoenpoetsers etc. Hij was zelf zulk een mannetje geweest en hij vergat zijn afkomst nooit. Een self-made man, nooit een parvenu. Zijn merkwaardig enthousiasme voor het banale, voor de kleine en onnoozele dingen van het leven. Zijn oeuvre is een "curiosity shop". Hij gaf ze glans. En ook de kleine gevoelens van de kleine menschen. Millioenen heeft hij geleerd hoe ook-het "eeuwige" in hun arm leventje was. Aristocraten zijn maar woekeraars etc. (ervaring) en wat boven de geest en materie "middenstand" uitging, haatte hij (ook zelf had hij slechts van de armen goed ondervonden).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1978 | | pagina 47