- 21 -
De Nederlandse Dickens-bibliografie
Niet alleen in Engeland, maar ook in Nederland is ten aanzien van
Dickens iedere aanleiding tot herdenken aangegrepen om over hem te
schrijven. Na zijn overlijden in 1870 verschenen enige min of meer
uitgebreide artikelen over het werk en persoon van Dickens, in 1912
werd met een reeks van artikelen herdacht dat Dickens 100 jaar geleden
was geboren, 1936 was het jaar dat een eeuw geleden de Pickwick Papers
werd gepubliceerd, en 1970 was opnieuw een "Dickens-centenary"en wel
bij gelegenheid van het feit dat Dickens 100 jaar geleden was
overleden
Zoals al eerder opgemerkt werd de Nederlandse lezer vanaf 1837 ver
trouwd gemaakt met het werk en de persoon van Dickens, te beginnen met
enkele publicaties in tijdschriften als "De Gids" en "Vaderlandsche
Letteroefeningen". In een artikel in "De Gids" van 1841 werd "de
vaderlandsche kopieerlust des dagelijkschen levens" mede in verband
gebracht met de invloed van Engelse schrijvers, waaronder ook Dickens
met zijn "Schetsen van Boz".
In Vaderlandsche Letteroefeningen van 1842 werd "uit een brief van
eenen Noord-Amerikaan aan Washington Irving" een artikel afgedrukt met
als titel "Een bezoek bij Charles Dickens". Naar aanleiding van het
uitkomen van de vertaling van "Hard Times" (Slechte Tijden) verscheen
in De Gids van 1854 in twee afleveringen een lang artikel van J.C.
Zimmerman: "Een verhaal voor onzen tijd", waarin uitvoerig ook op het
vroegere werk van Dickens werd ingegaan.
Al eerder werd vermeld dat Dickens ("De procureurs-klerk en wereldbe
roemde schrijver") in het boekje "Merkwaardige Mannen" van S.J. van
den Bergh aan de jeugdige lezers ten voorbeeld werd gesteld (1862). In
de Vaderlandsche Letteroefeningen van 1866 was een bijdrage opgenomen
van P.H. Hugenholtz: "Charles Dickens, de schrijver voor den huisen-
lijke haard".
Het overlijden van Dickens in 1870 was de aanleiding tot een aantal
artikelen in het Nederlandse taalgebied door meer als literair-
deskundig erkende schrijvers: "De eerste romans van Charles Dickens",
in 1871 door Jan ten Brink, "Charles Dickens, ter gedachtenis" in 1872